Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/896
Internationaal privaatrecht. Huwelijksvermogensrecht. Huwelijksbetrekkingen (art. 10:40 (oud) BW); overgangsrecht (art. 271 (oud) Ow NBW).
HR 22-09-2023, ECLI:NL:HR:2023:1290
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 september 2023
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heijde, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons
- Zaaknummer
22/00890
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1290, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑09‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:147, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑04‑2022
- Wetingang
Art. 3 (oud) WCHb; art. 271 (oud) Ow NBW; art. 10:40 (oud) BW
Essentie
Internationaal privaatrecht. Huwelijksvermogensrecht. Huwelijksbetrekkingen (art. 10:40 (oud) BW); overgangsrecht (art. 271 (oud) Ow NBW).
Samenvatting
Art. 10:40 (oud) BW is op 1 januari 2012 in werking getreden, waarbij geen bijzondere regel van overgangsrecht is opgenomen omdat werd uitgegaan van onmiddellijke werking. Art. 10:40 (oud) BW was derhalve van toepassing ten aanzien van rechtshandelingen die na de datum van inwerkingtreding zijn aangegaan, ook als de echtgenoten voor 1 januari 2012 in het huwelijk waren getreden. Art. 10:40 (oud) BW is ontleend aan en stemt inhoudelijk overeen met art. 3 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.