Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/210
Hennepteelt, opzettelijk aanwezig hebben hennep en diefstal elektriciteit. Klachten over pleegperiode. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
HR 01-02-2022, ECLI:NL:HR:2022:9
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 februari 2022
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
20/03369
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:9, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑02‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:1262, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2021
Essentie
Hennepteelt, opzettelijk aanwezig hebben hennep en diefstal elektriciteit. Klachten over pleegperiode. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/03369
Datum 1 februari 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 13 oktober 2020, nummer 22-000265-19, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1978,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1. Het gerechtshof Den Haag heeft bij arrest van 13 oktober 2020 het veroordelend vonnis van de rechtbank Den Haag van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.