RvdW 2022/202:Feitelijke leiding geven aan door rechtspersoon meermalen begaan van oplichting (art. 326 Sr), onjuiste belastingaangifte (art. 69 AWR), bedrieglijke bankbreuk (art. 341 (oud) Sr) en valsheid in geschrift (art. 225 lid 2 Sr) en als leider deelnemen aan criminele organisatie (art. 140 lid 4 Sr). 1. Bewijsklachten. 2. Bewijs- en kwalificatieklachten m.b.t. plegen van bedrieglijke bankbreuk. Hoge Raad: art. 81 lid 1 RO.