Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/836
OM cassatie. Beklag, beslag ex art. 94 Sv op een geldbedrag van € 144.430, (reis)bescheiden en twee mobiele telefoons onder klager t.z.v. verdenking van witwassen van dat geldbedrag. HR: klacht dat het oordeel dat het strafvorderlijk belang van de waarheidsvinding zich niet langer verzet tegen opheffing van het beslag is niet begrijpelijk, althans is ontoereikend gemotiveerd.
HR 23-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1101
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 juni 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
19/04768
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1101, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:633, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2020
Essentie
OM cassatie. Beklag, beslag ex art. 94 Sv op een geldbedrag van € 144.430, (reis)bescheiden en twee mobiele telefoons onder klager t.z.v. verdenking van witwassen van dat geldbedrag. HR: klacht dat het oordeel dat het strafvorderlijk belang van de waarheidsvinding zich niet langer verzet tegen opheffing van het beslag is niet begrijpelijk, althans is ontoereikend gemotiveerd.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/04768 B
Datum 23 juni 2020
BESCHIKKING
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de rechtbank Noord-Holland van 26 augustus 2019, nummer RK 19/006551, op een klaagschrift als ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.