Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/415
Beklag tegen beslag, art. 552b Sv. Voor het antwoord op de vraag of een goed in beslag is genomen, is niet doorslaggevend of dat goed is vermeld op de kennisgeving van inbeslagname.
HR 21-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:479
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 maart 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter–van Kan, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/01158
- Conclusie
A-G mr. W.H. Vellinga
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:479, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑03‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:167, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑01‑2017
Essentie
Beklag tegen beslag, art. 552b Sv. Voor het antwoord op de vraag of een goed in beslag is genomen, is niet doorslaggevend of dat goed is vermeld op de kennisgeving van inbeslagname.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Den Haag van 23 februari 2016, nummer RK 15/4603, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552b Sv, ingediend door: [klager]. Adv.: mr. R.A.J. Verploegh, te ’s-Gravenhage.
Conclusie
Conclusie A-G mr. W.H. Vellinga:
1.
Bij beschikking van 23 februari 2016 heeft de Rechtbank Den Haag het beklag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.