Einde inhoudsopgave
RvdW 2012/745
Onvoldoende bewijs mishandeling.
HR 15-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW5533
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 mei 2012
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
11/02119
- Conclusie
A-G mr. W.H. Vellinga
- LJN
BW5533
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BW5533, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BW5533, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑05‑2012
Essentie
Onvoldoende bewijs mishandeling.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 22 oktober 2010, nummer 23/005264-09, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. D.R. Doorenbos, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. W.H. Vellinga:
1.
Verdachte is door het Gerechtshof te Amsterdam wegens 2. "Mishandeling" en 3. "Diefstal" veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie weken. Voorts heeft het Hof de vordering tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf afgewezen.
2.
Namens verdachte heeft mr. D.R. Doorenbos, advocaat te Amsterdam, vier middelen van cassatie voorgesteld.
3.
Het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.