Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/61/EU beheerders alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010
Artikel 37 Vergunning voor niet-EU abi-beheerders die EU-abi's willen beheren en/of door hen beheerde abi's willen verhandelen in de Unie overeenkomstig artikel 39 of 40
Geldend
Geldend vanaf 15-04-2024
- Bronpublicatie:
13-03-2024, PbEU L 2024, 2024/927 (uitgifte: 26-03-2024, regelingnummer: 2024/927)
- Inwerkingtreding
15-04-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-2024, PbEU L 2024, 2024/927 (uitgifte: 26-03-2024, regelingnummer: 2024/927)
- Overige regelgevende instantie(s)
Europese Unie
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De lidstaten schrijven voor dat niet-EU abi-beheerders die EU-abi's willen beheren en/of door hen beheerde abi's willen verhandelen in de Europese Unie overeenkomstig artikel 39 of 40, vooraf een vergunning van de bevoegde autoriteiten van hun referentielidstaat moeten verwerven, overeenkomstig dit artikel.
2.
Een niet-EU abi-beheerder die de intentie heeft voorafgaand een vergunning te verkrijgen als bedoeld in lid 1, moet voldoen aan deze richtlijn, uitgezonderd hoofdstuk VI. Wanneer en in zover deze naleving van een bepaling van deze richtlijn onverenigbaar is met de naleving van de wetgeving die geldt voor de niet-EU abi-beheerder en/of de niet-EU-abi die in de Unie wordt verhandeld, is er voor de abi-beheerder geen verplichting die bepaling van deze richtlijn na te leven, als hij kan aantonen dat:
- a)
het onmogelijk is de naleving van deze richtlijn te combineren met de naleving van een verplichte bepaling in de wetgeving die geldt voor de niet-EU abi-beheerder en/of de niet-EU-abi die in de Unie wordt verhandeld;
- b)
de wetgeving die geldt voor de niet-EU abi-beheerder en/of de niet-EU-abi voorziet in een equivalente regel die hetzelfde doel dient wat de regelgeving betreft en die de investeerders in de betrokken abi hetzelfde beschermingsniveau biedt; en
- c)
de niet-EU abi-beheerder en/of de niet-EU-abi de in punt b) bedoelde equivalente regel naleven.
3.
Een niet-EU abi-beheerder die de intentie heeft voorafgaand een vergunning te verkrijgen als bedoeld in lid 1, moet een wettelijk vertegenwoordiger hebben die in zijn referentielidstaat is gevestigd. De wettelijk vertegenwoordiger is het contactpunt van de abi-beheerder in de Unie en alle officiële briefwisseling tussen de bevoegde autoriteiten en de abi-beheerder en tussen de EU-beleggers in de abi in kwestie en de abi-beheerder overeenkomstig deze richtlijn verloopt via deze wettelijk vertegenwoordiger. De wettelijk vertegenwoordiger vervult de compliancefunctie met betrekking tot de beheers- en verhandelingsactiviteiten die op grond van deze richtlijn door de abi-beheerder worden verricht, samen met de abi-beheerder.
4.
De referentielidstaat van een niet-EU abi-beheerder wordt als volgt bepaald:
- a)
als de niet-EU abi-beheerder slechts één EU-abi wil beheren of diverse EU-abi's die in dezelfde lidstaat zijn gevestigd en hij geen abi overeenkomstig artikel 39 of 40 wil verhandelen in de Unie, wordt de lidstaat van herkomst van dit of deze abi's geacht de referentielidstaat te zijn en zijn de bevoegde autoriteiten van deze lidstaat bevoegd voor de vergunningsprocedure en voor het toezicht op de abi-beheerder;
- b)
als de niet-EU abi-beheerder diverse EU-abi's wil beheren die in verschillende lidstaten zijn gevestigd en hij geen abi overeenkomstig artikel 39 of 40 wil verhandelen in de Unie, is de referentielidstaat:
- i)
de lidstaat waar de meeste abi's zijn gevestigd; of
- ii)
de lidstaat waar het grootste aantal activa wordt beheerd;
- c)
als de niet-EU abi-beheerder slechts één EU-abi in slechts één lidstaat wil verhandelen, is de referentielidstaat:
- i)
als voor de abi een vergunning is afgegeven in een lidstaat of de abi notificatie heeft gedaan in een lidstaat, de lidstaat van herkomst van de abi of de lidstaat waar de abi-beheerder de abi wil verhandelen;
- ii)
als voor de abi geen vergunning is afgegeven in een lidstaat en de abi geen notificatie heeft gedaan in een lidstaat, de lidstaat waar de abi-beheerder de abi wil verhandelen;
- d)
als de niet-EU abi-beheerder slechts één niet-EU-abi in slechts één lidstaat wil verhandelen, is de referentielidstaat deze lidstaat;
- e)
als de niet-EU abi-beheerder slechts één EU-abi wil verhandelen, maar in diverse lidstaten, is de referentielidstaat:
- i)
als voor de abi een vergunning is afgegeven in een lidstaat of de abi geregistreerd is in een lidstaat, de lidstaat van herkomst van de abi of een van de lidstaten waar de abi-beheerder effectieve verhandelingsactiviteiten wil ontplooien; of
- ii)
als voor de abi geen vergunning is afgegeven in een lidstaat en de abi niet geregistreerd is in een lidstaat, een van de lidstaten waar de abi-beheerder effectieve verhandelingsactiviteiten wil ontplooien;
- f)
als de niet-EU abi-beheerder slechts één niet-EU-abi wil verhandelen, maar in diverse lidstaten, is de referentielidstaat een van deze lidstaten;
- g)
als de niet-EU abi-beheerder diverse EU-abi's in de Unie wil verhandelen, is de referentielidstaat:
- i)
in zoverre alle abi's in kwestie geregistreerd zijn in dezelfde lidstaat of voor alle abi's in kwestie een vergunning is afgegeven in dezelfde lidstaat, de lidstaat van herkomst van deze abi-beheerders of de lidstaat waar de abi-beheerder effectieve verhandelingsactiviteiten wil ontplooien voor de meeste van deze abi's;
- ii)
in zoverre niet alle abi's in kwestie geregistreerd zijn in dezelfde lidstaat en niet voor alle abi's in kwestie een vergunning is afgegeven in dezelfde lidstaat, de lidstaat waar de abi-beheerder effectieve verhandelingsactiviteiten wil ontplooien voor de meeste van deze abi's;
- h)
als de niet-EU abi-beheerder diverse EU- en niet-EU-abi's of diverse niet-EU-abi's in de Unie wil verhandelen, is de referentielidstaat de lidstaat waar hij effectieve verhandelingsactiviteiten wil ontplooien voor de meeste van deze abi's.
Overeenkomstig de criteria vastgelegd onder b), c) i), e), f) en g) i), van de eerste alinea, zijn meer dan één referentielidstaten mogelijk. In dat geval schrijven de lidstaten voor dat de niet-EU abi-beheerder die EU-abi's wil beheren zonder ze te verhandelen en/of abi's die hij beheert, wil verhandelen in de Unie overeenkomstig artikel 39 of 40, een aanvraag indient bij de bevoegde autoriteiten van alle lidstaten die overeenkomstig de criteria in deze punten referentielidstaat kunnen zijn, om onder elkaar te bepalen welk land zijn referentielidstaat is. Deze bevoegde autoriteiten besluiten gezamenlijk binnen een maand welk land de referentielidstaat voor de niet-EU abi-beheerder is. De bevoegde autoriteiten van de lidstaat die als referentielidstaat wordt aangewezen, informeren onverwijld de niet-EU abi-beheerder over deze aanstelling. Als de niet-EU abi-beheerder niet binnen zeven dagen na het besluit van de bevoegde autoriteiten in kwestie naar behoren over dit besluit is geïnformeerd of de bevoegde autoriteiten in kwestie niet binnen de termijn van één maand een besluit hebben genomen, kan de niet-EU abi-beheerder zelf zijn referentielidstaat kiezen op basis van de in dit lid vastgelegde criteria.
De abi-beheerder moet kunnen bewijzen effectieve verhandelingsactiviteiten in een bepaalde lidstaat te willen ontplooien door zijn marktstrategie aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat bekend te maken volgens de aanwijzingen van deze lidstaat.
5.
De lidstaten schrijven voor dat een niet-EU abi-beheerder die EU-abi's wil beheren zonder ze te verhandelen en/of abi's die hij beheert, wil verhandelen in de Unie overeenkomstig artikel 39 of 40, een vergunningsaanvraag indient bij zijn referentielidstaat.
Na ontvangst van de vergunningsaanvraag beoordelen de bevoegde autoriteiten of bij de bepaling door de abi-beheerder van zijn referentielidstaat aan de criteria in lid 4 is voldaan. Als de bevoegde autoriteiten van mening zijn dat dit niet het geval is, wijzen zij de vergunningsaanvraag van de niet-EU abi-beheerder af, waarbij zij de redenen voor hun afwijzing opgeven. Als de bevoegde autoriteiten van mening zijn dat aan de criteria van lid 4 is voldaan, stellen zij ESMA hiervan in kennis en verzoeken zij de ESMA een advies over hun beoordeling uit te brengen. In hun kennisgeving verstrekken de bevoegde autoriteiten de ESMA de motivering van de abi-beheerder van zijn beoordeling wat de referentielidstaat betreft, alsmede informatie over de marketingstrategie van de abi-beheerder.
Binnen een maand na ontvangst van de in de tweede alinea bedoelde kennisgeving brengt de ESMA bij de bevoegde autoriteiten in kwestie een advies uit over hun beoordeling wat de referentielidstaat overeenkomstig de criteria van lid 4 betreft. De ESMA brengt alleen een negatief advies uit, alleen als het van mening is dat niet aan de criteria van lid 4 is voldaan.
De termijn in artikel 8, lid 5, wordt tijdens de behandeling door de ESMA overeenkomstig dit lid opgeschort.
Als de bevoegde autoriteiten voorstellen een vergunning te verlenen ondanks het in de derde alinea genoemde advies van de ESMA, stellen zij de ESMA hiervan in kennis, met opgave van hun redenen. Het feit dat de bevoegde autoriteiten haar advies naast zich neerleggen of voornemens zijn het naast zich neer te leggen, wordt door de ESMA bekendgemaakt. De ESMA kan eveneens per geval besluiten de redenen bekend te maken die de bevoegde autoriteiten aanvoeren om het advies naast zich neer te leggen. De bevoegde autoriteiten ontvangen vooraf een kennisgeving van deze bekendmaking.
Als de bevoegde autoriteiten voorstellen een vergunning te verlenen ondanks het in de derde alinea bedoelde advies van de ESMA en de abi-beheerder rechten van deelneming of aandelen in abi's die hij beheert, wil verhandelen in andere lidstaten dan de referentielidstaat, informeren de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat hierover ook de bevoegde autoriteiten van deze lidstaten, waarbij zij hun redenen opgeven. Indien van toepassing informeren de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat hierover ook de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de abi's die door de abi-beheerder worden beheerd, met opgaven van hun redenen.
6.
Als een bevoegde autoriteit van een lidstaat het oneens is met de bepaling van de referentielidstaat door de abi-beheerder, kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
7.
Onverminderd de bepalingen van lid 8 wordt geen vergunning verleend tenzij aan de volgende bijkomende voorwaarden is voldaan:
- a)
de referentielidstaat is door de abi-beheerder aangewezen overeenkomstig de criteria van lid 4, deze keuze is onderbouwd door de bekendmaking van de marketingstrategie en de procedure van lid 5 is door de bevoegde autoriteiten in kwestie gevolgd;
- b)
de abi-beheerder heeft een wettelijk vertegenwoordiger aangewezen die gevestigd is in de referentielidstaat;
- c)
de wettelijk vertegenwoordiger is tesamen met de abi-beheerder de contactpersoon van de niet-EU abi-beheerder voor de beleggers in de abi in kwestie, voor de ESMA en voor de bevoegde autoriteiten wat de activiteiten betreft waarvoor de abi-beheerder in de Unie een vergunning heeft en is op zijn minst voldoende uitgerust om de compliancefunctie overeenkomstig deze richtlijn te vervullen;
- d)
tussen de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat, de bevoegde autoriteiten van de lidstaat van herkomst van de EU-abi's in kwestie en de toezichthoudende autoriteiten van het derde land waar de niet-EU abi-beheerder gevestigd is, bestaat een adequate samenwerkingsregeling die op zijn minst een efficiënte informatie-uitwisseling garandeert, zodat de bevoegde autoriteiten hun taken overeenkomstig deze richtlijn kunnen uitvoeren;
- e)
het derde land waar de niet-EU-abi-beheerder is gevestigd, is niet geïdentificeerd als derde land met een hoog risico overeenkomstig artikel 9, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/849;
- f)
het derde land waar de niet-EU-abi-beheerder is gevestigd, heeft met de referentielidstaat een overeenkomst gesloten die volledig voldoet aan de normen van artikel 26 van het OESO-Modelverdrag inzake dubbele belasting naar het inkomen en naar het vermogen en een doeltreffende informatie-uitwisseling in fiscale aangelegenheden waarborgt, inclusief eventuele multilaterale belastingovereenkomsten, en dat derde land wordt niet genoemd in bijlage I bij de conclusies van de Raad over de herziene EU-lijst van jurisdicties die niet- coöperatief zijn op belastinggebied;
- g)
de daadwerkelijke uitoefening door de bevoegde autoriteiten van hun toezichtsfuncties overeenkomstig deze richtlijn wordt niet verhinderd door de wetten, regelingen of administratieve bepalingen van een derde land die betrekking op de abi-beheerder hebben en noch door beperkingen van de toezichts- en onderzoeksbevoegdheden van de toezichtsautoriteiten van dat derde land.
Als het derde land waar de niet-EU-abi-beheerder is gevestigd, overeenkomstig artikel 9, lid 2, van Richtlijn (EU) 2015/849 is aangemerkt als derde land met een hoog risico, zoals bedoeld in de eerste alinea, punt e), of na het verlenen van een vergunning aan de niet-EU-abi-beheerder wordt opgenomen in bijlage I bij de conclusies van de Raad over de herziene EU-lijst van jurisdicties die niet-coöperatief zijn op belastinggebied, zoals bedoeld in de eerste alinea, punt f), neemt de niet-EU-abi-beheerder binnen een gepaste termijn de nodige maatregelen om de situatie met betrekking tot de door hem beheerde abi’s recht te zetten, terdege rekening houdend met de belangen van de beleggers. Deze termijn mag niet langer zijn dan twee jaar.
Als een bevoegde autoriteit van een andere lidstaat het oneens is met de beoordeling die de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat van de abi-beheerder hebben gemaakt van de toepassing van dit lid, onder a) tot en met e) en g), kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
Als een bevoegde autoriteit van een EU-abi niet binnen een redelijke periode aan de vereiste samenwerkingsregelingen overeenkomstig de eerste alinea, onder d), deelneemt, kunnen de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
8.
De vergunning wordt verleend overeenkomstig hoofdstuk II die mutatis mutandis van toepassing zijn, met dien verstande dat:
- a)
de in artikel 7, lid 2, bedoelde informatie wordt aangevuld met:
- i)
een motivering door de abi-beheerder van zijn beoordeling wat de referentielidstaat betreft overeenkomstig de criteria van lid 4 met informatie over de marketingstrategie;
- ii)
een lijst van de bepalingen van deze richtlijn waarvoor naleving door de abi-beheerder onmogelijk is, doordat naleving van die bepalingen door de abi-beheerder overeenkomstig lid 2 onverenigbaar is met naleving van een verplichte bepaling in de wet die geldt voor de niet-EU abi-beheerder en/of eventueel de niet-EU-abi die in de Unie wordt verhandeld;
- iii)
schriftelijk bewijs op basis van de door de ESMA ontwikkelde technische reguleringsnormen dat de wet van het derde land in kwestie voorziet in een regel die equivalent is met de bepalingen die niet kunnen worden nageleefd, die hetzelfde doel dient wat de regelgeving betreft en die de beleggers in de abi in kwestie hetzelfde beschermingsniveau biedt en dat de abi-beheerder deze equivalente regel naleeft; dit schriftelijke bewijs moet worden ondersteund door een juridisch advies over het feit dat de bepaling in de wet van het derde land in kwestie die de onverenigbaarheid oplevert, bestaat, met een omschrijving van het doel ervan wat de regelgeving betreft en de aard van de investeerdersbescherming die ermee wordt nagestreefd; en
- iv)
de naam van de wettelijk vertegenwoordiger van de abi-beheerder en de plaats waar deze is gevestigd;
- b)
de in artikel 7, lid 3, bedoelde informatie mag worden beperkt tot de EU-abi die de abi-beheerder wil beheren en tot de door de abi-beheerder beheerde abi's die hij wil verhandelen in de Unie met een paspoort;
- c)
artikel 8, lid 1, onder a, laat de bepalingen van lid 2, onder b), van dit artikel onverlet;
- d)
artikel 8, lid 1, onder e), is niet van toepassing;
- e)
Als een bevoegde autoriteit van een andere lidstaat het oneens is met de vergunning die verleend is door de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat van de abi-beheerder, kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
9.
Als de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat van mening zijn dat de abi-beheerder kan verwijzen naar lid 2 om te worden vrijgesteld van de naleving van sommige bepalingen van deze richtlijn, stellen zij de ESMA hiervan onverwijld in kennis. Zij ondersteunen deze beoordeling met de informatie die door de abi-beheerder is verstrekt overeenkomstig lid 8, onder a), ii) en iii).
Binnen een maand na ontvangst van de in de eerste alinea bedoelde kennisgeving brengt de ESMA bij de bevoegde autoriteiten een advies uit over de toepassing van de vrijstelling van naleving van deze richtlijn als gevolg van de in lid 2 bedoelde onverenigbaarheid. Het advies kan in het bijzonder betrekking hebben op de vraag of kennelijk aan de voorwaarden voor deze vrijstelling is voldaan, op basis van de informatie die door de abi-beheerder is verstrekt overeenkomstig lid 8, onder a), ii) en iii), en van de technische reguleringsnormen inzake equivalentie. De ESMA streeft naar de totstandbrenging van een gemeenschappelijke Europese toezichtscultuur en consistente toezichtspraktijken en zorgt voor een consistente aanpak door de verschillende bevoegde autoriteiten wat de toepassing van dit lid betreft.
De in artikel 8, lid 5, bedoelde termijn wordt tijdens de behandeling door de ESMA overeenkomstig dit lid opgeschort.
Als de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat voorstellen een vergunning te verlenen ondanks het in de tweede alinea genoemde advies van de ESMA, stellen zij de ESMA hiervan in kennis, met opgave van hun redenen. Het feit dat de bevoegde autoriteiten dit advies naast zich neerleggen of voornemens zijn het naast zich neer te leggen, wordt door de ESMA bekendgemaakt. De ESMA kan eveneens per geval besluiten de redenen bekend te maken die de bevoegde autoriteiten aanvoeren om het advies naast zich neer te leggen. De bevoegde autoriteiten in kwestie worden vooraf van deze bekendmaking op de hoogte gebracht.
Als de bevoegde autoriteiten voorstellen een vergunning te verlenen ondanks het in lid 2 bedoelde advies van de ESMA en de abi-beheerder rechten van deelneming of aandelen in abi's die hij beheert, wil verhandelen in andere lidstaten dan de referentielidstaat, informeren de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat hierover ook de bevoegde autoriteiten van deze lidstaten, waarbij zij hun redenen opgeven.
Als een bevoegde autoriteit van een andere lidstaat het oneens is met de beoordeling die de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat van de abi-beheerder hebben gemaakt van de toepassing van dit lid 9, kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
10.
De bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat informeren de ESMA onverwijld over het resultaat van het oorspronkelijke vergunningsproces, over elke wijziging in de vergunning van de abi-beheerder en over elke intrekking van een vergunning.
De bevoegde autoriteiten informeren de ESMA over de vergunningsaanvragen die zij hebben afgewezen, waarbij zij gegevens verstrekken over de abi-beheerders die een vergunning hebben aangevraagd en de redenen voor de afwijzing. De ESMA houdt een centraal register met deze gegevens bij, dat op verzoek ter beschikking van bevoegde autoriteiten staat. De bevoegde autoriteiten behandelen deze informatie als vertrouwelijk.
11.
De verdere zakelijke ontwikkeling van de abi-beheerder in de Unie heeft geen gevolgen voor de bepaling van de referentielidstaat. Als de abi-beheerder zijn marketingstrategie echter binnen twee jaar na zijn oorspronkelijke vergunning wijzigt en deze wijziging gevolgen zou hebben gehad voor de bepaling van de referentielidstaat, als de gewijzigde marketingstrategie de oorspronkelijke marketingstrategie was geweest, stelt de abi-beheerder de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat van deze wijziging in kennis alvorens deze door te voeren en geeft hij aan welk land op basis van de nieuwe strategie zijn referentielidstaat overeenkomstig de criteria van lid 4 is. De abi-beheerder motiveert zijn beoordeling door zijn nieuwe marketingstrategie aan zijn oorspronkelijke referentielidstaat bekend te maken. Tegelijk deelt de abi-beheerder mee wie zijn wettelijk vertegenwoordiger is, met inbegrip van zijn naam en zijn plaats van vestiging. De wettelijke vertegenwoordiger moet in de nieuwe referentielidstaat gevestigd zijn.
De oorspronkelijke referentielidstaat beoordeelt of de bepaling van de abi-beheerder overeenkomstig de eerste alinea, correct is en stelt de ESMA van zijn beoordeling hiervan in kennis. De ESMA brengt een advies uit over de beoordeling die door de bevoegde autoriteiten is gemaakt. In hun kennisgeving verstrekken de bevoegde autoriteiten de ESMA de motivering van de abi-beheerder van zijn beoordeling wat de referentielidstaat betreft, alsmede informatie over de nieuwe marketingstrategie van de abi-beheerder.
Binnen een maand na ontvangst van de in de tweede alinea, bedoelde kennisgeving verstrekt de ESMA de bevoegde autoriteiten in kwestie een advies over de beoordeling. De ESMA kan alleen een negatief advies uitbrengen, als het van mening is dat niet aan de criteria van lid 4 is voldaan.
Na ontvangst van het ESMA-advies informeren de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat de niet-EU abi-beheerder, diens wettelijk vertegenwoordiger en de ESMA over hun besluit.
Als de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat het eens zijn met de door de abi-beheerder gemaakte beoordeling, informeren zij ook de bevoegde autoriteiten van de nieuwe referentielidstaat over de wijziging. De oorspronkelijke referentielidstaat zendt de nieuwe referentielidstaat onverwijld een kopie van het vergunnings- en toezichtsdossier van de abi-beheerder toe. Vanaf de datum van toezending van het vergunnings- en toezichtsdossier zijn de bevoegde autoriteiten van de nieuwe referentielidstaat bevoegd voor de vergunningsprocedure en voor het toezicht op de abi-beheerder.
Als de eindbeoordeling van de bevoegde autoriteiten strijdig is met het in de derde alinea, genoemde advies van de ESMA:
- a)
stellen de bevoegde autoriteiten de ESMA hiervan in kennis, met opgave van hun redenen. Het feit dat de bevoegde autoriteiten haar advies naast zich neerleggen of voornemens zijn het naast zich neer te leggen, wordt door de ESMA bekendgemaakt. De ESMA kan eveneens per geval besluiten de redenen bekend te maken die de bevoegde autoriteiten aanvoeren om het advies naast zich neer te leggen. De bevoegde autoriteiten in kwestie worden vooraf van deze bekendmaking op de hoogte gebracht;
- b)
in het geval de abi-beheerder rechten van deelneming of aandelen in abi's die hij beheert, verhandelt in andere lidstaten dan de oorspronkelijke referentielidstaat, informeren de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat hierover ook de bevoegde autoriteiten van deze lidstaten, waarbij zij hun redenen opgeven. Indien van toepassing informeren de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat hierover de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de abi's die door de abi-beheerder worden beheerd, met opgaven van de redenen.
12.
Als binnen twee jaar na de verlening van de vergunning aan de abi-beheerder uit diens feitelijke zakelijke ontwikkeling in de Unie blijkt dat de marketingstrategie die hij op het moment van de verlening van zijn vergunning heeft gepresenteerd, niet heeft gevolgd of dat hij hierover valse verklaringen heeft afgelegd of als de abi-beheerder zijn marketingstrategie wijzigt zonder de voorschriften van lid 11 na te leven, verzoeken de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat de abi-beheerder de referentielidstaat op basis van zijn feitelijke marketingstrategie aan te geven. De procedure van lid 11 is mutatis mutandis van toepassing. Als de abi-beheerder het verzoek van de bevoegde autoriteiten niet inwilligt, trekken deze zijn vergunning in.
Als de abi-beheerder zijn marketingstrategie wijzigt na de periode van lid 11 en op basis van zijn nieuwe marketingstrategie zijn referentielidstaat wil wijzigen, kan hij een verzoek om zijn referentielidstaat te wijzigen indienen bij de bevoegde autoriteiten van de oorspronkelijke referentielidstaat. De procedure van lid 11 is mutatis mutandis van toepassing.
Als een bevoegde autoriteit van een lidstaat het oneens is met de beoordeling met betrekking tot de bepaling van de referentielidstaat overeenkomstig lid 11 of dit lid, kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
13.
Geschillen tussen de abi-beheerder en de bevoegde autoriteiten van zijn referentielidstaat worden overeenkomstig de wet van de referentielidstaat beslecht en vallen onder de bevoegdheid van de rechter van de referentielidstaat.
Geschillen tussen de abi-beheerder of de abi en EU-investeerders in de abi in kwestie worden overeenkomstig de wet van een lidstaat beslecht en vallen onder de bevoegdheid van de rechter van een lidstaat.
14.
De Commissie stelt uitvoeringshandelingen vast tot precisering van de procedure die de mogelijke referentielidstaten moeten volgen om overeenkomstig lid 4, tweede alinea, te bepalen welke van deze lidstaten de referentielidstaat is. Deze uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 59, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.
15.
De Commissie stelt middels gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 56 en onder de voorwaarden van de artikelen 57 en 58 maatregelen vast met betrekking tot de in lid 7, onder d), bedoelde samenwerkingsregelingen, om een gemeenschappelijk raamwerk te ontwerpen om de vaststelling van de genoemde samenwerkingsregelingen met derde landen te faciliteren.
16.
Teneinde een eenvormige toepassing van dit artikel te waarborgen, kan de ESMA richtsnoeren ontwikkelen om de toepassingsvoorwaarden voor de door de Commissie vastgestelde maatregelen met betrekking tot de in lid 7, onder d), bedoelde samenwerkingsregelingen te bepalen.
17.
De ESMA ontwikkelt ontwerpen van technische reguleringsnormen om de minimuminhoud van de in lid 7, onder d), bedoelde samenwerkingsregelingen te bepalen, om ervoor te zorgen dat de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat en de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst voldoende informatie ontvangen om hun controle- en onderzoeksbevoegdheden uit hoofde van deze richtlijn te kunnen uitoefenen.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.
18.
Om een consequente harmonisatie van dit artikel te garanderen, ontwikkelt de ESMA ontwerpen van technische reguleringsnormen om de procedures te specificeren voor coördinatie en informatie-uitwisseling tussen de bevoegde autoriteit van de referentielidstaat en de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van ontvangst van de abi-beheerder.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 op te stellen.
19.
Als een bevoegde autoriteit een verzoek om informatie-uitwisseling overeenkomstig de specificeringen in de in lid 17 bedoelde technische reguleringsnormen afwijst, kunnen de bevoegde autoriteiten in kwestie de zaak voorleggen aan de ESMA, die kan optreden overeenkomstig de bevoegdheden die haar op grond van artikel 19 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 zijn verleend.
20.
Overeenkomstig artikel 29 van Verordening (EU) nr. 1095/2010, bevordert de ESMA effectieve bilaterale en multilaterale informatie-uitwisseling tussen de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat van de niet-EU abi-beheerder en de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de abi-beheerder in kwestie, met volledige eerbiediging van de toepasselijke bepalingen op het gebied van vertrouwelijkheid en gegevensbescherming waarin de desbetreffende wetgeving van de Unie voorziet.
21.
Overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EU) nr. 1095/2010, speelt de ESMA een algemene coördinerende rol tussen de bevoegde autoriteit van de referentielidstaat van de niet-EU abi-beheerder en de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van herkomst van de abi-beheerder in kwestie. De ESMA kan met name:
- a)
de informatie-uitwisseling tussen de betrokken bevoegde autoriteiten vergemakkelijken;
- b)
bepalen welke informatie de bevoegde autoriteit van de referentielidstaat aan betrokken bevoegde autoriteiten van lidstaten van ontvangst moet verstrekken;
- c)
alle nodige maatregelen nemen in geval van ontwikkelingen die de werking van de financiële markten in gevaar kunnen brengen, om de coördinatie te vergemakkelijken van de acties die door de bevoegde autoriteiten van de referentielidstaat en de bevoegde autoriteiten van de lidstaten van ontvangst met betrekking tot niet-EU abi-beheerders worden ondernomen.
22.
Om eenvormige voorwaarden voor de uitvoering van dit artikel te garanderen kan de ESMA ontwerpen van technische uitvoeringsnormen ontwikkelen met het oog op de bepaling van de vorm en inhoud van het in lid 12, tweede alinea, bedoelde verzoek.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid verleend de in de eerste alinea bedoelde technische uitvoeringsnormen vast te stellen overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.
23.
Om eenvormige toepassing van dit artikel te garanderen, ontwikkelt de ESMA ontwerpen van technische reguleringsnormen voor:
- a)
de manier waarop de abi-beheerder de voorschriften van deze richtlijn moet naleven, rekening houdend met het feit dat hij gevestigd is in een derde land en met name de in de artikelen 22 tot en met 24 bedoelde informatieverstrekking;
- b)
de voorwaarden waaronder de wet die geldt voor een niet-EU abi-beheerder of een niet-EU abi, wordt geacht te voorzien in een equivalente regel die hetzelfde doel dient wat de regelgeving betreft en die de beleggers in kwestie hetzelfde beschermingsniveau biedt.
Aan de Commissie wordt de bevoegdheid gedelegeerd de in de eerste alinea bedoelde technische reguleringsnormen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 vast te stellen.