Cessie
Einde inhoudsopgave
Cessie (O&R nr. 70) 2012/V.3.3.2:V.3.3.2 De mededeling schept duidelijkheid omtrent het moment van overgang
Cessie (O&R nr. 70) 2012/V.3.3.2
V.3.3.2 De mededeling schept duidelijkheid omtrent het moment van overgang
Documentgegevens:
mr. M.H.E. Rongen, datum 01-10-2011
- Datum
01-10-2011
- Auteur
mr. M.H.E. Rongen
- JCDI
JCDI:ADS354017:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Algemeen
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Zie nr. 418.
Zie MvA II, Parl. Gesch. Boek 3, p. 762; MvT, TK 2002-2003, 28 878, nr. 3, p. 4; Nota, TK 2003-2004, 28 878, nr. 5, p. 4 en Nota, EK 2003-2004, 28 878, C, p. 4.
Hetgeen naar mijn mening niet zo is, zie nr. 538.
Aldus ook de minister, zie MvT, TK 2002-2003, 28 878, nr. 3, p. 4; Nota, TK 2003-2004, 28 878, nr. 5, p. 4 en Nota, EK 2003-2004, 28 878, C, p. 4.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
425. Functie (i): de mededeling verschaft duidelijkheid omtrent de vraag of, en op welk moment, de vordering is overgedragen. Een voordeel van de mededeling als constitutief vereiste voor een geldige levering zou kunnen zijn, dat zowel aan derden als aan de schuldenaar zekerheid wordt geboden met betrekking tot de vraag of en op welk tijdstip de vordering is overgedragen. De gedachte is dat bij de schuldenaar kan worden nagevraagd of en wanneer hij een mededeling van cessie heeft ontvangen. Aldus zou fraude door schijncessie of door antedatering van de cessie-akte worden tegengegaan. Dit dient de rechtszekerheid. Zie ook functie (iii).
Zoals hiervoor is gebleken,1 was (en is) dit in geval van een openbare cessie de voornaamste ratio van het mededelingsvereiste.2 Het mededelingsvereiste is echter geen effectief middel om de gewenste rechtszekerheid te bieden (zie hierna § 3.3.5). Deze functie van de mededeling kan, indien men haar zinvol acht,3 veel beter worden gerealiseerd door de eis te stellen dat de cessie dient plaats te vinden bij authentieke of geregistreerde onderhandse akte (zie art. 3:94 lid 3, 239 lid 1 BW), en voor wat betreft de schuldenaar door de regel te aanvaarden dat de levering hem pas kan worden tegengeworpen na mededeling.4