Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/694
Hof heeft verdachte n-o verklaard in zijn hoger beroep, omdat het te laat is ingesteld, art. 408 lid 1 sub a Sv. 1. Was verdachte ten tijde van betekening van dagvaarding in h.b. uit anderen hoofde gedetineerd? 2. Is inleidende dagvaarding in persoon aan verdachte uitgereikt? 3. Aanvulling schriftuur na toekenning nadere termijn. Vordering tot tenuitvoerlegging. Heeft betekening van oproeping van vordering tul op rechtsgeldige wijze plaatsgevonden? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 28-06-2022, ECLI:NL:HR:2022:956
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 juni 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.E.M. Röttgering, T. Kooijmans
- Zaaknummer
20/03935
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:956, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑06‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:91, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑02‑2022
Essentie
Hof heeft verdachte n-o verklaard in zijn hoger beroep, omdat het te laat is ingesteld, art. 408 lid 1 sub a Sv. 1. Was verdachte ten tijde van betekening van dagvaarding in h.b. uit anderen hoofde gedetineerd? 2. Is inleidende dagvaarding in persoon aan verdachte uitgereikt? 3. Aanvulling schriftuur na toekenning nadere termijn. Vordering tot tenuitvoerlegging. Heeft betekening van oproeping van vordering tul op rechtsgeldige wijze plaatsgevonden? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/03935
Datum 28 juni 2022
ARREST
op het beroep in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.