Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2016/798 inzake veiligheid op het spoor
Artikel 26 Veiligheidsaanbevelingen
Geldend
Geldend vanaf 15-06-2016
- Bronpublicatie:
11-05-2016, PbEU 2016, L 138 (uitgifte: 26-05-2016, regelingnummer: 2016/798)
- Inwerkingtreding
15-06-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2016, PbEU 2016, L 138 (uitgifte: 26-05-2016, regelingnummer: 2016/798)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Railvervoer
Vervoersrecht / Europees vervoersrecht
1.
Een door een onderzoeksorgaan afgegeven veiligheidsaanbeveling vormt in geen geval een vermoeden van schuld of aansprakelijkheid voor een ongeval of een incident.
2.
Aanbevelingen worden gericht tot de nationale veiligheidsinstantie en, als de aard van de aanbeveling dat vereist, tot het Bureau, tot andere organen of instanties in de betrokken lidstaat of tot andere lidstaten. De lidstaten, hun respectieve nationale veiligheidsinstanties en het Bureau nemen, binnen de grenzen van hun bevoegdheden, de noodzakelijke maatregelen om ervoor te zorgen dat de door de onderzoeksorganen opgestelde aanbevelingen naar behoren in aanmerking worden genomen en, in voorkomend geval, worden door acties gevolgd.
3.
Het Bureau, de nationale veiligheidsinstantie en de andere instanties of organen alsmede, in voorkomend geval, andere lidstaten tot welke de aanbevelingen zijn gericht, laten het onderzoeksorgaan periodiek weten welke maatregelen zij naar aanleiding van een bepaalde aanbeveling hebben genomen of gepland.