Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2010/63/EU betreffende de bescherming van dieren die voor wetenschappelijke doeleinden worden gebruikt
Artikel 38 Projectevaluatie
Geldend
Geldend vanaf 09-11-2010
- Bronpublicatie:
22-09-2010, PbEU 2010, L 276 (uitgifte: 20-10-2010, regelingnummer: 2010/63/EU)
- Inwerkingtreding
09-11-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-09-2010, PbEU 2010, L 276 (uitgifte: 20-10-2010, regelingnummer: 2010/63/EU)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek
Dierenrecht / Algemeen
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
De projectevaluatie wordt uitgevoerd met een mate van uitvoerigheid die past bij het soort project en is bedoeld om te verifiëren of het project aan de volgende criteria voldoet:
- a)
het project is vanuit wetenschappelijk of onderwijskundig oogpunt verantwoord of wettelijk vereist;
- b)
de doeleinden van het project rechtvaardigen het gebruik van dieren, en
- c)
het project is zo opgezet dat de procedures zo humaan en milieuvriendelijk mogelijk kunnen worden uitgevoerd.
2.
De projectevaluatie omvat in het bijzonder:
- a)
een beoordeling van de doelstellingen van het project en de voorspelde wetenschappelijke baten of educatieve waarde;
- b)
een beoordeling van de vraag of het project in overeenstemming is met de vereiste vervanging, vermindering en verfijning;
- c)
een beoordeling van de indeling van het project naar de ernst van de procedures;
- d)
een schade-batenanalyse van het project, waarbij wordt nagegaan of de schade in de vorm van lijden, pijn en angst van de dieren wordt gerechtvaardigd door het verwachte resultaat, met inachtneming van ethische overwegingen, en op termijn voordelen kan opleveren voor mens, dier of milieu;
- e)
een beoordeling van de wetenschappelijke motiveringen bedoeld in de artikelen 6 tot en met 12, 14, 16 en 33, en
- f)
een besluit over de vraag of, en zo ja wanneer, het project achteraf moet worden beoordeeld.
3.
De bevoegde instantie die de projectevaluatie uitvoert, houdt in het bijzonder rekening met de expertise op de volgende gebieden:
- a)
de wetenschapsgebieden en wetenschappelijke toepassingen waarvoor de dieren zullen worden gebruikt, met inbegrip van vervanging, vermindering en verfijning op de betrokken gebieden;
- b)
het ontwerp van proeven, in voorkomend geval met inbegrip van de statistische aspecten;
- c)
de proefdiergeneeskundige praktijk dan wel, in voorkomend geval, de diergeneeskundige praktijk met betrekking tot wilde dieren;
- d)
het houden en verzorgen van dieren van de soorten die zullen worden gebruikt.
4.
De projectevaluatie is een transparante procedure.
Onverminderd de bescherming van de intellectuele eigendom en van vertrouwelijke informatie vindt de projectevaluatie op onpartijdige wijze plaats, waarbij rekening kan worden gehouden met het advies van onafhankelijke derden.