Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/1084
Wederspannigheid: werkzaam in de rechtmatige uitoefening van de bediening.
HR 02-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1569
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 november 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, M. Kuijer
- Zaaknummer
20/02026
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Politierecht / Bevoegdheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1569, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:734, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑02‑2021
- Wetingang
Art. 180 Sr
Essentie
Wederspannigheid: werkzaam in de rechtmatige uitoefening van de bediening.
De politieambtenaar die uitvoeringshandelingen verricht in het kader van een aanhouding is in beginsel werkzaam in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening cfm. art. 180 Sr. De strafrechter kan tot een ander oordeel komen o.g.v. het ontbreken van noodzaak en/of proportionaliteit van het desbetreffende overheidsoptreden. I.c. kon het hof oordelen dat de politie de effecten van het gebruik van lachgas door de verdachte niet hoefde af te wachten.
Samenvatting
De politieambtenaar die uitvoeringshandelingen verricht in het kader van de aanhouding van een verdachte is in beginsel werkzaam ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.