Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 282a [Verwijzing naar politierechter]
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2007
- Bronpublicatie:
05-10-2006, Stb. 2006, 470 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30320)
- Inwerkingtreding
01-03-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-02-2007, Stb. 2007, 70 (uitgifte: 01-01-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
1.
De rechtbank kan, de officier van justitie gehoord, de zaak naar de politierechter verwijzen. De zaak wordt in dat geval onder aanzegging van het tijdstip op dezelfde dag verder behandeld dan wel voor bepaalde of onbepaalde tijd geschorst en op de bestaande telastlegging voor de politierechter aanhangig gemaakt door aanzegging of oproeping van de verdachte vanwege de officier van justitie tegen de dag van de nadere terechtzitting. De artikelen 260, tweede lid, 263, 265, tweede en derde lid, alsmede 370 zijn van toepassing.
2.
De zaak wordt op de gewone wijze voortgezet, met dien verstande dat de beraadslaging bedoeld in de artikelen 348 en 350 mede geschiedt naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting door de meervoudige kamer, zoals dit volgens het proces-verbaal van die terechtzitting heeft plaatsgehad. Artikel 322, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
3.
Indien de politierechter deel uitmaakte van de meervoudige kamer op het moment van de verwijzing, wordt het onderzoek hervat alsof geen wijziging van samenstelling van de rechtbank heeft plaatsgevonden. In het andere geval beveelt de politierechter dat het onderzoek op de terechtzitting opnieuw wordt aangevangen, tenzij de officier van justitie en de verdachte instemmen met hervatting in de stand waarin het onderzoek zich op het tijdstip van de verwijzing bevond.