Bevrijdende verweren

Sluit

10.2 Moet verweerder een beroep doen op een bevrijdend verweer, of mag of moet de rechter in bepaalde gevallen ambtshalve een beslissing nemen over een eventueel bevrijdend verweer?

10.3 Taakverdeling met betrekking tot verweermiddelen op grond van het uitgangspunt van partijautonomie

10.4 Onder omstandigheden mag de rechter ambtshalve een rechtsregel in het debat bespreken

10.5 Uitgangspunt blijft de afhankelijkheid van de rechter van een gevoerd verweer, maar de rechter krijgt van de kant van de Hoge Raad procedureel een ambtshalve te verrichten taak toebedeeld

10.6 De wet geeft aan dat de rechter ambtshalve een feit mag aanvullen of een rechtsregel toepassen

10.7 De rechter moet ambtshalve aanvullen, toepassen en toetsen

10.8 Zaken die niet de openbare orde of met de openbare orde vergelijkbare consumentenzaken betreffen

10.9 Andere koers met betrekking tot het processuele verschil tussen recht van openbare orde en (gewoon) dwingend recht?

10.10 Eindconclusie partijautonomie

Hoofdstuk 11 Derdenwerking van bevrijdende verweren

Hoofdstuk 12 Vragen en antwoorden, nabeschouwing, samenvatting en summary

Bijlagen

Einde inhoudsopgave

Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/10.1.2:10.1.2 Bij enkele specifieke verweren is het de vraag of sprake is van een exceptie of een inhoudelijk verweer

Bevrijdende verweren

Productinformatie

Hoofdstuk 1 Onderzoeksvragen

Hoofdstuk 2 Kwalificatie van het verweer: onderscheid gemotiveerde betwisting en bevrijdend verweer

Hoofdstuk 3 Terreinverkenning en onderscheid tussen de twee typen van bevrijdende verweren; verschillende rechtsgevolgen van de twee typen

Hoofdstuk 4 Toepassing van het onderscheid tussen een grondslagverweer en een bevrijdend verweer

Hoofdstuk 5 Verweerder doet een beroep op de rechtsgevolgen van door hem gestelde feiten

Hoofdstuk 6 Het debat tussen verweerder en eiser

Hoofdstuk 7 Nadere uitwerking van de bewijslast van verweerder ingeval sprake is van een bevrijdend verweer

Hoofdstuk 8 Verschillende veel voorkomende bevrijdende verweren

Hoofdstuk 9 Beroep op enkele bijzondere bevrijdende verweren

Hoofdstuk 10 Processuele rechtsregels en bevrijdende verweren

347 Introductie

10.1 Onderscheid exceptief verweer en principaal verweer

348 Begrippen

10.1.1 In welk processtuk moet een exceptief verweer en in welk processtuk een principaal verweer (waaronder bevrijdend verweer) worden aangevoerd?

10.1.2 Bij enkele specifieke verweren is het de vraag of sprake is van een exceptie of een inhoudelijk verweer

350 Inleiding

351 Al of niet belang? (art. 3:303 BW)

352 Gezag van gewijsde

10.1.3 Heeft aanvaarding van een bevrijdend verweer tot gevolg dat die aanvaarding gezag van gewijsde heeft?

10.1.4 Conclusie onderscheid exceptief verweer en bevrijdend verweer