Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/92/EU betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 15-05-2014
- Redactionele toelichting
Projecten vallen onder de in dit artikel bedoelde verplichtingen zoals die vóór hun wijziging bij deze wijziging golden, indien vóór 16-05-2017: a) de procedure inzake het in art. 5 lid 2 bedoelde advies ingeleid was, of b) de in art. 5 lid 1 bedoelde informatie verstrekt was.
- Bronpublicatie:
16-04-2014, PbEU 2014, L 124 (uitgifte: 25-04-2014, regelingnummer: 2014/52/EU)
- Inwerkingtreding
15-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-04-2014, PbEU 2014, L 124 (uitgifte: 25-04-2014, regelingnummer: 2014/52/EU)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieueffectrapportage
Omgevingsrecht / Milieu
Bestuursrecht algemeen / Voorbereiding
1.
Bij de milieueffectbeoordeling worden de directe en indirecte aanzienlijke effecten van een project per geval op passende wijze geïdentificeerd, beschreven en beoordeeld op de volgende factoren:
- a)
de bevolking en de menselijke gezondheid;
- b)
de biodiversiteit, met bijzondere aandacht voor op grond van Richtlijn 92/43/EEG en Richtlijn 2009/147/EG beschermde soorten en habitats;
- c)
land, bodem, water, lucht en klimaat;
- d)
materiële goederen, het cultureel erfgoed en het landschap;
- e)
de samenhang tussen de onder a) tot en met d) genoemde factoren.
2.
De in lid 1 bedoelde effecten op de factoren die zijn beschreven in de eerste alinea omvatten de verwachte effecten die voortvloeien uit de kwetsbaarheid van het project voor risico's op zware ongevallen en/of rampen die relevant zijn voor het project in kwestie.