Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/319
Cassatie in het belang der wet over gemaximeerde TBS.
HR 12-02-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY8434
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 februari 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, W.F. Groos, J. Wortel, N. Jörg, V. van den Brink
- Zaaknummer
13/00259 CW
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- LJN
BY8434
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Staatsrecht / Rechtspraak
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2013:BY8434, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑02‑2013
ECLI:NL:HR:2013:BY8434, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑02‑2013
- Wetingang
Art. 38d en 38e Sr; art. 359 lid 7 Sv
Essentie
Cassatie in het belang der wet. De HR geeft uitleg aan EHRM 31 juli 2012 (Van der Velden): in het geval de rechter die de TBS oplegde niet met zoveel woorden heeft vermeld dat de TBS is opgelegd ter zake van een misdrijf gericht tegen of gevaar veroorzakend voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, betekent niet dat de TBS is gemaximeerd tot 4 jaar. In een dergelijk geval kan de verlengingsrechter op grond van gegevens in de einduitspraak of mede op grond van andere gegevens door interpretatie van het oordeel van de opleggingsrechter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.