Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/393
Ontucht met 15-jarige jongen door 36-jarige verdachte, art. 247 Sr. 1. Verweer dat verklaringen van slachtoffer onbetrouwbaar zijn en niet voor bewijs kunnen worden gebruikt. 2. Bewijsminimum, art. 342 lid 2 Sv (unus testis). Vinden verklaringen van slachtoffer voldoende steun in ander bewijsmateriaal? 3. Vorderingen benadeelde partijen, art. 361 lid 3 Sv. Leveren vorderingen onevenredige belasting van strafgeding op? HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 21-03-2023, ECLI:NL:HR:2023:398
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 maart 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
21/03085
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:398, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑03‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:83, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑01‑2023
Essentie
Ontucht met 15-jarige jongen door 36-jarige verdachte, art. 247 Sr. 1. Verweer dat verklaringen van slachtoffer onbetrouwbaar zijn en niet voor bewijs kunnen worden gebruikt. 2. Bewijsminimum, art. 342 lid 2 Sv (unus testis). Vinden verklaringen van slachtoffer voldoende steun in ander bewijsmateriaal? 3. Vorderingen benadeelde partijen, art. 361 lid 3 Sv. Leveren vorderingen onevenredige belasting van strafgeding op? HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 21/03085
Datum 21 maart 2023
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.