NJ 2013/425
Witwassen door het verwerven en voorhanden hebben van een voorwerp afkomstig uit een door verdachte zelf begaan misdrijf.
HR 02-07-2013, ECLI:NL:HR:2013:121, m.nt. M.J. Borgers
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juli 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, W.F. Groos, J. Wortel, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/05591
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Noot
M.J. Borgers
- JCDI
JCDI:ADS127687:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:121, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑07‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:78, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑04‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑06‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑06‑2012
- Wetingang
Art. 420 Sr
Essentie
Het hof heeft geoordeeld dat het bewezenverklaarde verwerven en voorhanden hebben van geldbedragen die afkomstig zijn uit door verdachte zelf begane misdrijven (gewoonte)witwassen oplevert. Aangezien uit de motivering echter niet kan worden afgeleid dat sprake is van meer dan het enkele verwerven en voorhanden hebben van dat geldbedrag doordat de gedragingen van verdachte ook (kennelijk) gericht zijn geweest op het daadwerkelijk verbergen of verhullen van de criminele herkomst van dat geldbedrag, is dat oordeel ontoereikend gemotiveerd. Vgl. HR LJN BM4440, NJ 2010/655; HR LJN BX6910, NJ 2013/266 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.