Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/733
Cassatieprocesrecht. Art. 30c lid 1 Rv; art. 407 lid 3 Rv. Niet-ontvankelijkheid. Procesinleiding niet ingediend langs elektronische weg. Geen advocaat bij de Hoge Raad aangewezen in procesinleiding.
HR 15-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:921
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 juni 2018
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.V. Polak, C.E. du Perron
- Zaaknummer
18/01038
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:921, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:415, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑04‑2018
Essentie
Cassatieprocesrecht. Art. 30c lid 1 Rv; art. 407 lid 3 Rv. Niet-ontvankelijkheid. Procesinleiding niet ingediend langs elektronische weg. Geen advocaat bij de Hoge Raad aangewezen in procesinleiding.
Partij(en)
15 juni 2018
Eerste Kamer
18/01038
TT/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
[eiser], wonende te [woonplaats] ,
EISER tot cassatie,
advocaat: mr. M.M. van der Marel,
t e g e n
ENEXIS B.V., gevestigd te ’s-Hertogenbosch,
VERWEERSTER in cassatie.
Eiser zal hierna ook worden aangeduid als [eiser] .
Conclusie
Conclusie A-G mr. G.R.B. van Peursem:
1 [eiser] heeft bij een op 12 maart 2018 bij de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.