Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
26-06-2023, Stcrt. 2023, 18369 (uitgifte: 04-07-2023, regelingnummer: 2023-0000339809)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2023, Stcrt. 2023, 18369 (uitgifte: 04-07-2023, regelingnummer: 2023-0000339809)
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Belastingen van lagere overheden (V)
1.
Het bedrag, bedoeld in artikel 2, tweede lid, bedraagt met ingang van 1 januari 1999 ten hoogste € 76,70.
2.
Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties past jaarlijks het bedrag, bedoeld in het eerste lid, aan overeenkomstig de procentuele wijziging die de consumentenprijsindex over de maand april van het lopende kalenderjaar heeft ondergaan ten opzichte van dit prijsindexcijfer over de maand april van het daaraan voorafgaande jaar. De uitkomst van die berekening wordt afgerond op het dichtstbijzijnde veelvoud van 10 eurocent. Het aldus berekende bedrag wordt door Onze voornoemde Minister voor 1 september in de Staatscourant bekend gemaakt en geldt voor het daarop volgende kalenderjaar.
3.
Onder de consumentenprijsindex wordt verstaan de consumentenprijsindex reeks: Alle Huishoudens, totaal, op meest recente tijdsbasis, zoals dat wordt berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek en gepubliceerd in het Statistisch bulletin van het Centraal Bureau voor de Statistiek.