RvdW 2019/45:Procesrecht. Ontvankelijkheid in cassatie, art. 426a lid 1 Rv; ontbreken van door advocaat bij HR ondertekend verzoekschrift; art. 46 lid 4 Wet bescherming persoonsgegevens uitzondering op art. 426a Rv?

RvdW 2019/45

Procesrecht. Ontvankelijkheid in cassatie, art. 426a lid 1 Rv; ontbreken van door advocaat bij HR ondertekend verzoekschrift; art. 46 lid 4 Wet bescherming persoonsgegevens uitzondering op art. 426a Rv?

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

Essentie

Procesrecht. Ontvankelijkheid in cassatie, art. 426a lid 1 Rv; ontbreken van door advocaat bij HR ondertekend verzoekschrift; art. 46 lid 4 Wet bescherming persoonsgegevens uitzondering op art. 426a Rv?

Samenvatting

Nu het verzoekschrift in cassatie niet is ondertekend door een advocaat bij de Hoge Raad (art. 426a lid 1 Rv) en verzoeker geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om dit verzuim binnen twee weken te herstellen, dient verzoeker niet-ontvankelijk te worden verklaard. Weliswaar bepaalt art. 46 lid 4 Wet bescherming persoonsgegevens dat een verzoekschrift als bedoeld in dat artikel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.