Einde inhoudsopgave
Besluit kwaliteit leefomgeving
Artikel 8.97c (plicht tot wijziging voorschriften of intrekken omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit van nationaal belang wegens strijd met instructieregels of instructies zonder eerbiedigende werking)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
16-09-2020, Stb. 2020, 400 (uitgifte: 28-10-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Dit artikel is van toepassing als een omgevingsvergunning voor een voortdurende buitenplanse omgevingsplanactiviteit van nationaal belang als bedoeld in artikel 4.17 van de wet vijf jaar onherroepelijk is en een omgevingsplan met die omgevingsvergunning niet in overeenstemming kan worden gebracht op grond van:
- a.
een regel op grond van artikel 2.22 van de wet over het omgevingsplan of een instructie als bedoeld in artikel 2.33 van de wet;
- b.
een instructie als bedoeld in artikel 2.34, vierde lid, van de wet; of
- c.
een regel in hoofdstuk 5 die op grond van artikel 8.0b, derde lid, van toepassing is op een buitenplanse omgevingsplanactiviteit van nationaal belang.
2.
Het bevoegd gezag trekt de omgevingsvergunning in als:
- a.
de regel of instructie, bedoeld in het eerste lid, van toepassing is op activiteiten die op grond van die omgevingsvergunning rechtmatig worden verricht of zijn toegestaan op het tijdstip waarop de regel of instructie van kracht wordt; en
- b.
de activiteit redelijkerwijs niet kan worden toegelaten door:
- 1°
een wijziging van de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften;
- 2°
een wijziging van het omgevingsplan; of
- 3°
een ontheffing als bedoeld in artikel 2.32 van de wet.
3.
Als in de regel of de instructie, bedoeld in het eerste lid, een termijn is gesteld waarbinnen een omgevingsplan moet worden gewijzigd die eerder verstrijkt dan de termijn van vijf jaar, bedoeld in dat lid, wordt binnen de in die regel of instructie gestelde termijn toepassing gegeven aan het tweede lid.