RvdW 2021/31:Verzet tegen strafbeschikking. Het hof heeft verdachte niet-ontvankelijk verklaard omdat het hof kennelijk van oordeel is dat zich een omstandigheid heeft voorgedaan waaruit voortvloeit dat de strafbeschikking verdachte meer dan 14 dagen voorafgaand aan het door hem gedane verzet bekend was waardoor het verzet niet tijdig is gedaan. Dat oordeel is niet toereikend gemotiveerd gelet op wat verdachte heeft aangevoerd.