RvdW 2019/179
Arbeidsrecht. Wwz. Ontslag van ‘expat’. Herplaatsingsverplichting (art. 7:669 lid 1 BW); maatstaf; redelijkheid; beoordelingsruimte werkgever. Restcategorie (art. 7:669 lid 3 onder h BW) van toepassing omdat herplaatsing niet in de rede ligt?
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
18 januari 2019
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/06025
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:64, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 18‑01‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1159, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑12‑2017
- Wetingang
Art. 7:669 lid 1, art. 7:669 lid 3 onder a, art. 7:669 lid 3 onder h, art. 7:669 lid 5 BW; Ontslagregeling (Stcrt. 2015, 12685)
Essentie
Arbeidsrecht. Wwz. Ontslag van ‘expat’. Herplaatsingsverplichting (art. 7:669 lid 1 BW); maatstaf; redelijkheid; beoordelingsruimte werkgever. Restcategorie (art. 7:669 lid 3 onder h BW) van toepassing omdat herplaatsing niet in de rede ligt?
Samenvatting
De in art. 7:669 lid 1 BW neergelegde herplaatsingsverplichting en de Ontslagregeling beogen geen breuk met het voor de invoering van de Wwz op dit punt geldende recht. Het begrippenpaar ‘niet mogelijk is of niet in de rede ligt’ roept geen resultaatsverplichting van de werkgever tot herplaatsing in het leven. Het gaat om hetgeen in de gegeven omstandigheden in ...