Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/200
Diefstal d.m.v. valse sleutel door geld te pinnen met gestolen of zonder toestemming gebruikte bankpas. Bewijsklachten en voorwaardelijk getuigenverzoek. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 22-01-2019, ECLI:NL:HR:2019:84
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 januari 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst, M.J. Borgers
- Zaaknummer
17/01789
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:84, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑01‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1326, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑2018
Essentie
Diefstal d.m.v. valse sleutel door geld te pinnen met gestolen of zonder toestemming gebruikte bankpas. Bewijsklachten en voorwaardelijk getuigenverzoek. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
22 januari 2019
Strafkamer
nr. S 17/01789
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 29 maart 2017, nummer 21/002276-16, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1993.
Conclusie
Conclusie plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens:
1. De verdachte is bij arrest van 29 maart 2017 door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Zwolle, wegens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.