Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/58
Prejudiciële verwijzing. Consumentenbescherming. Verkoop van en garanties voor consumptiegoederen. Begrip ‘koopovereenkomst’. Niet-toepasselijkheid van die richtlijn. Onbevoegdheid van het Hof.
HvJ EU 07-09-2017, ECLI:EU:C:2017:638 (Schottelius)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
7 september 2017
- Magistraten
M. Berger, A. Borg Barthet, E. Levits
- Zaaknummer
C-247/16
- Roepnaam
Schottelius
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Europees verbintenissenrecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2017:638, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 07‑09‑2017
- Wetingang
Art. 1 e.v. Richtlijn 1999/44/EG
Essentie
Heike Schottelius tegen Falk Seifert.
Prejudiciële verwijzing. Consumentenbescherming. Verkoop van en garanties voor consumptiegoederen. Begrip ‘koopovereenkomst’. Niet-toepasselijkheid van die richtlijn. Onbevoegdheid van het Hof.
Renovatiewerken aan een zwembad. Gebreken na ingebruikname. Het Landgericht Hannover heeft het Hof de volgende prejudiciële vraag gesteld: “Kan uit artikel 3, lid 5, tweede streepje, van richtlijn [1999/44] een beginsel van Europees consumentenrecht worden afgeleid volgens hetwelk bij alle transacties betreffende consumptiegoederen tussen niet-consumenten en consumenten het voor afdwinging van secundaire garantierechten voldoende is dat de tot garantie verplichte niet-consument niet binnen een redelijke termijn tot schadeloosstelling is overgegaan, zonder dat hiervoor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.