Einde inhoudsopgave
Verordening (Euratom) Nr. 302/2005 betreffende de toepassing van de veiligheidscontrole van Euratom
Bijlage V Feitelijke inventarislijst (PIL)
Geldend
Geldend vanaf 20-03-2005
- Bronpublicatie:
08-02-2005, PbEU 2005, L 54 (uitgifte: 28-02-2005, regelingnummer: 302/2005)
- Inwerkingtreding
20-03-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-02-2005, PbEU 2005, L 54 (uitgifte: 28-02-2005, regelingnummer: 302/2005)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Milieurecht / Algemeen
Energierecht (V)
Label/Tag | Inhoud | Commentaar | # |
---|---|---|---|
MBA | Teken (4) | MBA-code van het MBA in kwestie | 1 |
Report type | Teken (1) | P voor feitelijke inventarislijst. | 2 |
Report date | DDMMYYYY | Datum waarop het rapport is voltooid | 3 |
Report number | Cijfer (8) | Volgnummer, doorlopend | 4 |
PIT date | DDMMYYYY | Datum waarop het rapport is voltooid | 5 |
Line count | Cijfer (8) | Totaal aantal gerapporteerde regels | 6 |
Reporting person | Teken (30) | Naam van de persoon die voor het rapport verantwoordelijk is | 7 |
PILJTEMJD | Cijfer (8) | Volgnummer | 8 |
Batch | Teken (20) | Unieke benaming van een partij kerntechnisch materiaal | 9 |
KMP | Teken (1) | Hoofdmeetpunt | 10 |
Measurement | Teken (1) | Meetcode | 11 |
Element category | Teken (1) | Categorie kerntechnisch materiaal | 12 |
Material form | Teken (2) | Code voor de fysische vorm | 13 |
Material container | Teken (1) | Code voor de verpakking van het materiaal | 14 |
Material state | Teken (1) | Code voor de toestand van het materiaal | 15 |
Line number | Cijfer (8) | Volgnummer, doorlopend | 16 |
Items | Cijfer (6) | Aantal artikelen | 17 |
Element weight | Cijfer (24.3) | Gewicht van het element | 18 |
Isotope | Teken (1) | G voor U-235, K voor U-233, J voor een mengsel van U-235 en U-233 | 19 |
Fissile weight | Cijfer (24.3) | Gewicht van de splijtbare isotopen | 20 |
Obligation | Teken (2) | Verbintenis inzake de veiligheidscontrole | 21 |
Document | Teken (70) | Door de exploitant vastgestelde referentie naar bewijsstukken | 22 |
Container ID | Teken (20) | Door de exploitant vastgestelde benaming van de verpakking | 23 |
Correction | Teken (1) | D voor schrapping, A voor toevoeging van een schrapping/toevoeging-paar, L voor late boeking (losstaande toevoeging) | 24 |
Previous report | Cijfer (8) | Rapportnummer van de te corrigeren regel | 25 |
Previous line | Cijfer (8) | Regelnummer van de te corrigeren regel | 26 |
Comment | Teken (256) | Opmerkingen van de exploitant | 27 |
CRC | Cijfer (20) | Hashcode van de regel, met het oog op de kwaliteitscontrole | 28 |
Previous CRC | Cijfer (20) | Hashcode van de te corrigeren regel | 29 |
Toelichting
- 1.MBA (materiaalbalansgebied)
Code van het materiaalbalansgebied in kwestie. Deze code wordt aan de betrokken installatie meegedeeld door de Commissie.
- 2.Report type (type rapport)
P voor feitelijke inventarislijst.
- 3.Report date (datum van het rapport)
Datum waarop het rapport is voltooid.
- 4.Report number (nummer van het rapport)
Volgnummer, doorlopend.
- 5.Pit date (datum van de opstelling van de feitelijke inventaris)
Dag, maand en jaar van de opstelling van de feitelijke inventaris om 24.00 uur.
- 6.Line count (aantal regels)
Totaal aantal gerapporteerde regels.
- 7.Reporting person (rapporteur)
Naam van de persoon die voor het rapport verantwoordelijk is.
- 8.PIL_item_ID (identificatienummer van de feitelijke inventarislijst)
Volgnummer voor alle PIL-regels in verband met hetzelfde fysische object.
- 9.Batch (partij)
Indien in de bijzondere controlebepalingen follow-up van de partij wordt vereist, moet de benaming die eerder voor deze partij is gebruikt in een rapport over de inventariswijzigingen of in een vorige feitelijke inventarislijst, worden gebruikt.
- 10.KMP (hoofdmeetpunt)
Hoofdmeetpunt. De codes worden aan de betrokken installatie meegedeeld in de bijzondere controlebepalingen. Indien geen codes zijn vastgesteld, moet ‘&’ worden gebruikt.
- 11.Measurement (meting)
Vermeld op welke basis de hoeveelheid kerntechnisch materiaal in het rapport is vastgesteld. Maak daarvoor gebruik van onderstaande codes:
Gemeten
Geraamd
Betekenis
M
E
In het betreffende materiaalbalansgebied.
N
F
In een ander materiaalbalansgebied.
T
G
In het betreffende materiaalbalansgebied wanneer de gewichten reeds zijn vermeld in een vorig rapport over de inventariswijzigingen of in een feitelijke inventarislijst.
L
H
In een ander materiaalbalansgebied wanneer de gewichten reeds zijn vermeld in een vorig rapport betreffende inventariswijziging of in een staat van de feitelijke inventaris van het huidige materiaalbalansgebied
- 12.Element category (categorie waartoe het element behoort)
Gebruik de volgende codes:
Categorie kerntechnisch materiaal
Code
Plutonium
P
Hoogverrijkt uraan
(20 % verrijking en meer)
H
Laagverrijkt uraan
(meer dan natuurlijk maar minder dan 20 % verrijking)
L
Natuurlijk uraan
N
Verarmd uraan
D
Thorium
T
- 13.Material form (fysische vorm)
Gebruik de volgende codes:
Hoofdtype fysische vorm
Subtype
Code
Erts
OR
Concentraat
YC
Uraanhexafluoride (UF6)
U6
Uraantetrafluoride (UF4)
U4
Uraandioxide (UO2)
U2
Uraantrioxide (UO3)
U3
Uraanoxide (U3Og)
U8
Thoriumoxide (ThO2)
T2
Oplossing
Nitraat
LN
Fluoride
LF
Andere
LO
Poeder
Homogeen
PH
Heterogeen
PN
Keramisch materiaal
Tabletten
CP
Bolvormig gesinterd materiaal
CS
Andere
CO
Metaal
Zuiver
MP
Gelegeerd
MA
Splijtstof
Staven, naalden
ER
Platen
EP
Bundels
EB
Pakketten, elementen
EA
Andere
EO
Ingekapselde bronnen
QS
Kleine hoeveelheden/monsters
SS
Afvalstoffen
Homogeen
SH
Heterogeen (residuen, slak, slib, fijnslib, andere)
SN
Vaste afvalstoffen
Omhulling
AH
Gemengde (plastics, handschoenen, papier, enz.)
AM
Besmette uitrusting
AC
Andere
AO
Vloeibare afvalstoffen
Laagactief
WL
Middelactief
WM
Hoogactief
WH
Geconditioneerde afvalstoffen
Glas
NG
Bitumen
NB
Beton
NC
Andere
NO
- 14.Material container (verpakking van het materiaal)
Gebruik de volgende codes:
Aard van de verpakking
Code
Cilinders
C
Pakketten
P
Vaten
D
Afzonderlijke splijtstofelementen
S
Birdcage
B
Flessen
F
Reservoirs en andere recipiënten
T
Andere
O
- 15.Material state (toestand van het materiaal)
Gebruik de volgende codes:
Toestand
Code
Onbestraald kerntechnisch materiaal
F
Bestraald kerntechnisch materiaal
L
Afvalstoffen
W
Niet terugwinbare materiaal
N
- 16.Line number (nummer van de regel)
Volgnummer, in elk rapport te beginnen met 1, doorlopend.
- 17.Items (artikelen)
In elke regel van de feitelijke inventaris moet het aantal betrokken artikelen worden vermeld. Indien een groep artikelen die tot dezelfde partij behoren, in verscheidene regels wordt gerapporteerd, is de som van de daarin vermelde artikelen gelijk aan het totale aantal artikelen in de groep. Indien de regels meer dan één elementcategorie bevatten, wordt het aantal artikelen alleen in de regel(s) voor de elementcategorie met de hoogste strategische waarde (in dalende volgorde: P, H, L, N, D, T) vermeld.
- 18.Element weight (gewicht van het element)
Vermeld het gewicht van de in veld 12 bedoelde elementcategorie. Druk het gewicht uit in grammen. Cijfers na de komma in de boekhouding kunnen tot maximaal drie cijfers na de komma worden overgenomen.
- 19.Isotope (isotoop)
Deze code geeft de splijtbare isotopen in kwestie aan en moet worden vermeld indien het gewicht aan splijtbare isotopen in het rapport is opgenomen (25). Gebruik de code G voor U-235, K voor U-233 en J voor een mengsel van U-235 en U-233.
- 20.Fissile weight (gewicht van de splijtstof)
Tenzij in de bijzondere controlebepalingen anders is voorgeschreven, moet het gewicht aan splijtbare isotopen alleen worden vermeld voor verrijkt uraan en veranderingen van categorie die verrijkt uraan betreffen. Druk het gewicht uit in grammen. Cijfers na de komma in de boekhouding kunnen tot maximaal drie cijfers na de komma worden overgenomen.
- 21.Obligation (verbintenis)
Vermeld welke bijzondere verbintenis inzake de veiligheidscontrole (door de Gemeenschap aangegaan in een met een derde land of een internationale organisatie gesloten overeenkomst) van toepassing is op het kerntechnische materiaal ( artikel 17). De Commissie zal de desbetreffende codes aan de installaties meedelen.
- 22.Document
Door de exploitant vastgestelde referentie naar (een) bewijsstuk(ken).
- 23.Container ID (identificatienummer van de verpakking)
Door de exploitant vastgesteld nummer van de verpakking. Optioneel gegevenselement dat kan worden gebruikt wanneer het nummer van de verpakking niet voorkomt in de benaming van de partij.
- 24.Correction (correctie)
Breng zo nodig correcties aan door de verkeerde regel(s) te schrappen en de goede regel(s) toe te voegen. Gebruik de volgende codes:
Code
betekenis
D
Schrapping. Duid de te schrappen regel als volgt aan: vermeld in veld 25 het rapportnummer (4), in veld 26 het regelnummer (16) en in veld 29 de CRC (28) van de oorspronkelijke regel. De andere velden hoeven niet te worden vermeld.
A
Toevoeging (die deel uitmaakt van een schrapping/toevoeging-paar). Vermeld alle gegevensvelden van de correcte regel, plus het veld ‘vorig rapport’ (25) en het veld ‘vorige regel’ (26). Neem in het veld ‘vorige regel’ (26) het regelnummer (16) over van de regel die door het schrapping/toevoeging-paar wordt vervangen.
L
Late boeking (losstaande toevoeging). Vermeld alle velden van de late boeking, plus het veld ‘vorig rapport’ (25). Vul in het veld ‘vorig rapport’ (25) het rapportnummer (4) in van het rapport waarin de late boeking had moeten worden vermeld.
- 25.Previous report (vorig rapport)
Vermeld het rapportnummer (4) van de te corrigeren regel.
- 26.Previous line (Vorige regel)
Vermeld bij schrappingen of toevoegingen die deel uitmaken van een schrapping/toevoeging-paar het regelnummer (16) van de te corrigeren regel.
- 27.Comment (opmerkingen)
Vrije-tekstveld voor opmerkingen van de exploitant (vervangt de afzonderlijke beknopte nota).
- 28.CRC
Hashcode van de regel, met het oog op de kwaliteitscontrole. De Commissie zal de exploitant laten weten welk algoritme moet worden gebruikt.
- 29.Previous CRC (vorige CRC)
Hashcode van de te corrigeren regel.
Algemene opmerkingen over het invullen van de rapporten
Indien op de datum waarop de feitelijke inventaris werd opgesteld geen kerntechnisch materiaal in het materiaalbalans-gebied aanwezig was, moeten in het rapport alleen de labels 1 tot en met 7, 16, 17 en 28 worden ingevuld.
De algemene opmerkingen 2, 3, 4, 5 en 6 aan het einde van bijlage III zijn van overeenkomstige toepassing.