Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/275
Huur bedrijfsruimte; tegemoetkoming verhuis- en inrichtingskosten in zin art. 7:297 BW van toepassing op goodwill?
HR 16-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:209
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 februari 2018
- Magistraten
Mrs.Ā C.A.Ā Streefkerk, A.M.J.Ā vanĀ Buchem-Spapens, A.H.T.Ā Heisterkamp, G.Ā Snijders, C.E.Ā duĀ Perron
- Zaaknummer
17/00345
- Conclusie
A-GĀ mr.Ā M.H.Ā Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:209, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16ā02ā2018
ECLI:NL:PHR:2017:1333, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01ā12ā2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 19ā01ā2017
- Wetingang
Art. 7:297 BW
Essentie
Huur bedrijfsruimte; tegemoetkoming verhuis- en inrichtingskosten in zin art. 7:297 BW van toepassing op goodwill?
Art. 7:297 lid 1 BW, waarin is bepaald dat de rechter een bedrag kan vaststellen dat de verhuurder moet betalen aan de huurder āter tegemoetkoming in diens verhuis- en inrichtingskostenā, geeft niet een algemene bevoegdheid tot toekenning van een schadeloosstelling in verband met het betrekken van een nieuwe locatie, maar enkel de bevoegdheid tot toekenning van een vergoeding voor in de wet omschreven specifieke kostenposten. De tekst van art. 7:297 lid 1 BW geeft geen aanwijzing dat onder āverhuis- en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.