Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
3.2 Verlenging en intrekking
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
07-12-2018, Stcrt. 2018, 69964 (uitgifte: 31-12-2018, regelingnummer: WBV 2018/14)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-12-2018, Stcrt. 2018, 69964 (uitgifte: 31-12-2018, regelingnummer: WBV 2018/14)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
Verlenging
De IND verlengt de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning van het slachtoffer van mensenhandel alleen als sprake is van een strafrechtelijk opsporings- of vervolgingsonderzoek naar of berechting in feitelijke aanleg van de verdachte van het strafbare feit waarvan aangifte is gedaan of waaraan op andere wijze medewerking is verleend.
De IND verlengt de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning van de getuige-aangever alleen als het OM de aanwezigheid van de vreemdeling in Nederland noodzakelijk acht.
De IND wijst de aanvraag tot het verlengen van de geldigheidsduur van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd niet af wegens:
- •
het ontbreken van zelfstandige, duurzame en voldoende middelen van bestaan; en
- •
gevaar voor de openbare orde, als sprake is van een inbreuk op de openbare orde die rechtstreeks verband houdt met het feit waarvan aangifte is gedaan of anderszins medewerking is verleend.
De IND verlengt de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning van het slachtoffer van mensenhandel dat geen aangifte kan of wil doen of geen medewerking kan of wil verlenen aan de strafrechtelijke opsporing en vervolging van de mensenhandelaar niet.
De vreemdeling kan:
- •
na een jaar een aanvraag indienen voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘niet-tijdelijke humanitaire gronden’ (zie paragraaf B9/10 Vc); of
- •
tussentijds of na een jaar alsnog aangifte doen of medewerking verlenen aan de opsporing en vervolging van de mensenhandelaar.
Intrekking
De IND trekt de verblijfsvergunning van een slachtoffer van mensenhandel dat aangifte heeft gedaan of anderszins heeft meegewerkt in als geen sprake meer is van een strafrechtelijk opsporings- of vervolgingsonderzoek naar of berechting in feitelijke aanleg van de verdachte van het strafbare feit waarvan aangifte is gedaan of waaraan op andere wijze medewerking is verleend. De vreemdeling mag het beroep in cassatie in Nederland afwachten, omdat de Hoge Raad de zaak nog terug kan wijzen naar het Gerechtshof. De vreemdeling mag cassatie in het belang der wet niet in Nederland afwachten, omdat cassatie in het belang der wet geen verandering in de rechten en positie van partijen teweeg brengt en dus geen rechtsgevolgen voor de betrokken partijen heeft.
De IND trekt de verblijfsvergunning van een getuige-aangever van mensenhandel in als het OM de aanwezigheid van de vreemdeling in Nederland niet langer noodzakelijk acht.