De dwangsom in het burgerlijk recht
Einde inhoudsopgave
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/10.1.5:10.1.5 Prealabele kwesties
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/10.1.5
10.1.5 Prealabele kwesties
Documentgegevens:
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem, datum 19-12-2006
- Datum
19-12-2006
- Auteur
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem
- JCDI
JCDI:ADS374326:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Mede gezien het feit dat voor het eventueel ontstaan van een betalingsverplichting louter een rechtvaardiging in het formele recht kan worden gevonden, dient zoveel mogelijk te zijn gewaarborgd dat het executiemiddel zijn beoogde preventieve werking heeft, doordat dit op de specifieke omstandigheden van het geval wordt afgestemd: rechterlijk maatwerk is voor de dwangsomveroordeling van fundamenteel belang. Om dit maatwerk te kunnen leveren, benodigt de rechter een ruime discretionaire bevoegdheid bij het vaststellen van de dwangsomveroordeling. Voorafgaand aan de behandeling van deze discretionaire bevoegdheid besprak ik als 'prealabele kwesties' een aantal voorwaarden voor toepasselijkheid van de dwangsom.