Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 391
HR, 06-03-2009, nr. C07/085HR: dilatatie ballonkatheter
HR 06-03-2009, ECLI:NL:HR:2009:BG7412 (dilatatie ballonkatheter)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
6 maart 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C07/085HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BG7412
- Roepnaam
dilatatie ballonkatheter
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
EU-recht (V)
Staatsrecht / Wetgeving
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2009:BG7412, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑03‑2009
ECLI:NL:HR:2009:BG7412, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑03‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑03‑2007
- Wetingang
Essentie
Europees Octrooi. Beschermingsomvang; uitleg; maatstaf. Partiële vernietiging Nederlands deel Europees octrooi; maatstaf; onmiddellijke werking EOV 2000; beperkingsprocedure EOB. Cassatie; ontvankelijkheid; belang; feitelijke grondslag; instructie inzake procedure na verwijzing.
De fundamentele regel van cassatierechtspraak dat de feitelijke grondslag der middelen alleen kan worden gevonden in de bestreden uitspraak en de stukken van het geding in feitelijke instanties (art. 419 lid 2 Rv), geldt niet voor de beoordeling van de vraag of ontwikkelingen die zich na de bestreden uitspraak hebben voorgedaan, aan de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie in de weg staan.
Art. 68 van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.