Einde inhoudsopgave
Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
Artikel 2:4
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
13-12-2022, Stcrt. 2023, 39 (uitgifte: 02-01-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2022, Stcrt. 2023, 39 (uitgifte: 02-01-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Verzekeringsrecht / Algemeen
Indien informatie over een werkelijk rendement als bedoeld in artikel 52, vijfde of zesde lid, van het besluit, met uitzondering van een beleggingsinstelling of icbe, wordt gepresenteerd:
- a.
wordt de referentieperiode vermeld;
- b.
worden rendementscijfers die betrekking hebben op meerdere jaren teruggebracht tot een gemiddeld jaarrendement of als afzonderlijke jaarrendementen vermeld. Indien een gemiddeld jaarrendement over meer dan één jaar wordt gepresenteerd, wordt een meetperiode van minimaal drie jaar gehanteerd. Indien de aanbieder nog niet zo lang actief is, kan gerekend worden vanaf het moment van initiële uitgifte van het complexe beleggingsproduct of derdepijlerpensioenproduct;
- c.
kunnen resultaten over kortere perioden dan 12 maanden worden gepresenteerd, mits de presentatie geschiedt op consistente wijze en de resultaten niet worden geëxtrapoleerd naar rendementen op jaarbasis;
- d.
wordt bij vergelijking van de resultaten met een vergelijkingsmaatstaf (een benchmark) genoemd en is de referentieperiode van de benchmark gelijk aan de genoemde referentieperiode van het complexe beleggingsproduct of derdepijlerpensioenproduct;
- e.
worden de rendementscijfers gepresenteerd in procenten waardeverandering van het product, rekening houdend met de distributies aan aandeelhouders of deelnemers in de betreffende periode(s) waarbij die distributies mogen worden opgerent naar het einde van het boekjaar of de periode. Indien de waarde van het product, welke ten grondslag ligt aan de rendementscijfers, significant afwijkt van de verkoop- dan wel afkoopwaarde, dan dient dit expliciet te worden vermeld;
- f.
indien gebruik wordt gemaakt van gesimuleerde rendementscijfers: certificeert een deskundige, als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, dat de simulatie rekenkundig juist, objectief meetbaar en representatief is. Bij de informatie over het werkelijke rendement wordt melding gemaakt van het feit dat gebruik is gemaakt van een simulatie. De certificering van de deskundige behoeft niet in de informatie te worden opgenomen; en
- g.
indien de rendementscijfers niet in euro’s luiden wordt de gebruikte valuta vermeld.