Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/559
Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Voorlopige machtiging. Stoornis van de geestvermogens. Gevaar. Wijze van totstandkoming van geneeskundige verklaring. Kan gevaar worden afgewend buiten psychiatrisch ziekenhuis? Motiveringsklachten.
HR 17-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:745
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 april 2020
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
19/05951
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:745, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:178, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑02‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Wet Bopz. Voorlopige machtiging. Stoornis van de geestvermogens. Gevaar. Wijze van totstandkoming van geneeskundige verklaring. Kan gevaar worden afgewend buiten psychiatrisch ziekenhuis? Motiveringsklachten.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN CIVIELE KAMER Nummer 19/05951 Datum 17 april 2020 BESCHIKKING In de zaak van [betrokkene], wonende te [woonplaats], VERZOEKSTER tot cassatie, hierna: betrokkene, advocaat: G.E.M. Later, tegen DE OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARONDISSEMENT NOORD-HOLLAND, VERWEERDER in cassatie, hierna: de officier van justitie, niet verschenen.