Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 188
Hoger beroep tegen vonnis waarbij voortzetting schuldsaneringsregeling is bepaald; niet-ontvankelijkverklaring wegens ontbreken gronden van beroep in beroepschrift. Verwerping cassatieberoep met toepassing van art. 81 RO.
HR 10-02-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU5709
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 februari 2006
- Magistraten
Mrs. H.A.M. Aaftink, W.A.M. van Schendel, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R05/120HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AU5709
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU5709, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑02‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU5709, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2006
Essentie
Hoger beroep tegen vonnis waarbij voortzetting schuldsaneringsregeling is bepaald; niet-ontvankelijkverklaring wegens ontbreken gronden van beroep in beroepschrift. Verwerping cassatieberoep met toepassing van art. 81 RO.
Partij(en)
[Verzoeker], te [woonplaats], verzoeker tot cassatie, adv. mr. A. Ramsoedh.
Voorgaande uitspraak
[Verzoeker], te [woonplaats], verzoeker tot cassatie, adv. mr. A. Ramsoedh.
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Ten aanzien van verzoeker tot cassatie — verder te noemen: [verzoeker] — is bij vonnis van de rechtbank te Utrecht van 7 mei 2002 de definitieve toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken.
Nadat de rechtbank de verificatievergadering had gehouden en op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.