Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/368
Onrechtmatige overheidsdaad. Strafrecht. Tenuitvoerlegging vervangende hechtenis i.v.m. schadevergoedingsmaatregel onrechtmatig?; betalingsonmacht; anticipatie op Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (Wet USB)?; overgangsrecht (Invoeringswet USB); verschil met HR 26 mei 2020, NJ 2020/409.
HR 26-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:442
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 maart 2021
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, M.V. Polak, M.J. Borgers, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide
- Zaaknummer
19/04820
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:442, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1194, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑12‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑09‑2019
- Wetingang
Art. 6:162 BW; art. 36f lid 8, art. 24c (oud) Sr; art. XLIVA Invoeringswet USB; art. 7 lid 1 EVRM
Essentie
Onrechtmatige overheidsdaad. Strafrecht. Tenuitvoerlegging vervangende hechtenis i.v.m. schadevergoedingsmaatregel onrechtmatig?; betalingsonmacht; anticipatie op Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (Wet USB)?; overgangsrecht (Invoeringswet USB); verschil met HR 26 mei 2020,NJ 2020/409.
Samenvatting
Een veroordelende beslissing van de strafrechter moet worden ten uitvoer gelegd. Dit is slechts anders indien die beslissing nog niet vatbaar is voor tenuitvoerlegging of de executiebevoegdheid is vervallen op de voet van een wettelijk voorschrift. Als gevolg van de gedeeltelijke inwerkingtreding van de Wet USB op 1 januari 2020 is de strafrechter niet langer verplicht bij de oplegging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.