NJ 2024/85
Procesrecht. Schadestaatprocedure. Vaststelling schade na beroepsfout advocaat; bindende beslissing in hoofdprocedure over causaal verband tussen beroepsfout en schade, waaraan rechter in schadestaatprocedure is gebonden?; onbegrijpelijke uitleg?
HR 16-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:249
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 februari 2024
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, K. Teuben
- Zaaknummer
23/00300
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS948913:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Juridische beroepen / Advocaat
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:249, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑02‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:971, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 03‑11‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑01‑2023
- Wetingang
Art. 612 Rv
Essentie
Procesrecht. Schadestaatprocedure. Vaststelling schade na beroepsfout advocaat; bindende beslissing in hoofdprocedure over causaal verband tussen beroepsfout en schade, waaraan rechter in schadestaatprocedure is gebonden?; onbegrijpelijke uitleg?
Samenvatting
De beantwoording van de vraag of in de hoofdprocedure een beslissing is gegeven over het causaal verband tussen de beroepsfout van verweerder in cassatie en de schade van eiseres tot cassatie, waaraan het hof in de schadestaatprocedure is gebonden, vergt uitleg van het vonnis in de hoofdprocedure (HR 19 juni 2020, RvdW 2020/785). Deze uitleg is aan het hof als feitenrechter voorbehouden. Niet onbegrijpelijk is de uitleg van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.