Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/1011 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten
Artikel 33 Bekrachtiging van benchmarks die in een derde land worden aangeboden
Geldend
Geldend vanaf 30-06-2016
- Bronpublicatie:
08-06-2016, PbEU 2016, L 171 (uitgifte: 29-06-2016, regelingnummer: 2016/1011)
- Inwerkingtreding
30-06-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-06-2016, PbEU 2016, L 171 (uitgifte: 29-06-2016, regelingnummer: 2016/1011)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Een in de Unie gevestigde beheerder die over een vergunning beschikt of is geregistreerd overeenkomstig artikel 34 of elke andere onder toezicht staande entiteit die in de Unie is gevestigd met een duidelijke en welomschreven rol binnen het controle- of verantwoordingskader van een in een derde land gevestigde beheerder, die in staat is daadwerkelijk toezicht uit te oefenen op het aanbieden van de benchmark, kan aan de relevante bevoegde autoriteit vragen om een in een derde land aangeboden benchmark of benchmarkgroep voor gebruik in de Unie te bekrachtigen, op voorwaarde dat aan al de volgende voorwaarden is voldaan:
- a)
de bekrachtigende beheerder of een andere onder toezicht staande entiteit heeft nagegaan of, en kan op elk moment aan zijn bevoegde autoriteit aantonen dat de aangeboden benchmark of benchmarkgroep die moet worden bekrachtigd, op verplichte of vrijwillige basis voldoet aan vereisten die minstens even streng zijn als de in deze verordening gestelde vereisten;
- b)
de bekrachtigende beheerder of andere onder toezicht staande entiteit beschikt over de nodige deskundigheid om het aanbieden van benchmarks in een derde land doeltreffend te controleren en de daaraan verbonden risico's te beheren;
- c)
er is sprake van een objectieve reden om de benchmark of benchmarkgroep in een derde land aan te bieden en om genoemde benchmark of benchmarkgroep voor gebruik in de Unie te bekrachtigen.
Voor de toepassing van punt a) kan de bevoegde autoriteit bij de beoordeling of de aanbieding van de benchmark of de benchmarkgroep die moet worden bekrachtigd, voldoet aan vereisten die minstens even streng zijn als de vereisten in deze verordening, rekening houden met de vraag of de naleving van de aanbieding van de benchmark of benchmarkgroep van, naargelang het geval, de IOSCO-beginselen voor financiële benchmarks of de IOSCO-beginselen voor PRA's, gelijkwaardig is aan de naleving van de vereisten in deze verordening.
2.
De beheerder of andere onder toezicht staande entiteit die een bekrachtigingsaanvraag indient als bedoeld in lid 1, verstrekt alle informatie die voor de bevoegde autoriteit noodzakelijk is om vast te stellen dat, op het moment van de aanvraag, aan alle in dat lid 1 vermelde voorwaarden is voldaan.
3.
Binnen negentig werkdagen na ontvangst van de in de lid 1 bedoelde bekrachtigingsaanvraag beoordeelt de relevante bevoegde autoriteit de aanvraag en neemt zij een besluit om de bekrachtiging goed te keuren dan wel te weigeren. ESMA wordt door de bevoegde autoriteit in kennis gesteld van een bekrachtigde benchmark of benchmarkgroep.
4.
Een bekrachtigde benchmark of benchmarkgroep wordt beschouwd als een benchmark of benchmarkgroep die door de bekrachtigende beheerder of andere onder toezicht staande entiteit wordt aangeboden. De bekrachtigende beheerder of andere onder toezicht staande entiteit gebruikt deze bekrachtiging niet met de bedoeling de vereisten van deze verordening te ontwijken.
5.
De beheerder of andere onder toezicht staande entiteit die een benchmark of benchmarkgroep die in een derde land wordt aangeboden, heeft bekrachtigd, blijft volledig verantwoordelijk voor deze benchmark of benchmarkgroep alsook voor de naleving van de verplichtingen uit hoofde van deze verordening.
6.
Wanneer de bevoegde autoriteit van de bekrachtigende beheerder of andere onder toezicht staande entiteit gegronde redenen heeft om aan te nemen dat niet meer wordt voldaan aan de in lid 1 van dit artikel vastgestelde voorwaarden, heeft zij de bevoegdheid om van de bekrachtigende beheerder of andere onder toezicht staande entiteit te eisen dat de bekrachtiging wordt ingetrokken en brengt zij ESMA hiervan op de hoogte. Artikel 28 is van toepassing wanneer de bekrachtiging wordt stopgezet.
7.
De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 49 gedelegeerde handelingen vast te stellen met betrekking tot maatregelen ter bepaling van de voorwaarden waaronder de relevante bevoegde autoriteiten kunnen beoordelen of sprake is van een objectieve reden om een benchmark of benchmarkgroep in een derde land aan te bieden en om deze te bekrachtigen voor gebruik in de Unie. De Commissie houdt onder meer rekening met de specifieke kenmerken van de onderliggende markt of economische realiteit die de benchmark beoogt te meten, de noodzaak dat benchmarks dicht bij een dergelijke markt of economische realiteit worden aangeboden, de noodzaak dat benchmarks dicht bij contribuanten worden aangeboden, de materiële beschikbaarheid van inputgegevens als gevolg van verschillende tijdzones en specifieke vaardigheden die vereist zijn bij het aanbieden van benchmarks.