Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 8.3.5 [Opschriften op meetmiddelen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2016
- Bronpublicatie:
02-11-2015, Stcrt. 2015, 37996 (uitgifte: 09-11-2015, regelingnummer: IENM/BSK-2014/271065)
- Inwerkingtreding
01-01-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-11-2015, Stcrt. 2015, 37996 (uitgifte: 09-11-2015, regelingnummer: IENM/BSK-2014/271065)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Elk meetmiddel is voorzien van de volgende duidelijk leesbare en onuitwisbare opschriften:
- a.
het fabricaat;
- b.
het bouwjaar;
- c.
de type-aanduiding;
- d.
het typegoedkeuringsnummer;
- e.
het serienummer;
- f.
de eenheid waarin de gemeten grootheid wordt uitgedrukt;
- g.
het aanwijsbereik;
- h.
eventuele gebruiksbeperkende omstandigheden, en
- i.
het temperatuurgebied waarbinnen aan de eisen van het meetmiddel wordt voldaan, tenzij anders is aangegeven in afdeling 4.
Indien een meetmiddel is opgebouwd uit een aanwijseenheid met een separaat aan te sluiten meeteenheid, zijn de aanduidingen, genoemd onder a tot en met e, tevens vermeld op de separate meeteenheid. De aanduidingen, genoemd onder f tot en met h, zijn aangebracht in de onmiddellijke nabijheid van de aanwijzing en worden herhaald bij elke aanwijsinrichting.
2.
Voor zover de meetmiddelen zijn voorzien van een registratie-inrichting, worden op elke registratie ten minste de aanduidingen, genoemd in het eerste lid, onder e en f, vastgelegd.
3.
Aanwijzingen en registraties bedoeld voor de gebruiker van het meetmiddel, zijn in de Nederlandse taal gesteld.
4.
Andere aanduidingen dan die bedoeld in het eerste en tweede lid, mogen slechts worden aangebracht voor zover deze niet leiden tot misleiding of misvatting.