Besluit op de Bijzondere Gerechtshoven
Artikel 8
Geldend
Geldend vanaf 04-09-1944
- Bronpublicatie:
22-12-1943, Stb. 1944, D 62 (uitgifte: 04-09-1944, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
04-09-1944
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1943, Stb. 1944, D 62 (uitgifte: 04-09-1944, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
Juridische beroepen / Algemeen
1.
De leden van en rechterlijke ambtenaren bij de Bijzondere Gerechtshoven hebben hun vast en voortdurend verblijf binnen het rechtsgebied van hun college, voor zoover hun niet van Onzentwege een andere verblijfplaats wordt aangewezen.
2.
Indien zij zich buiten den tijd hunner vacantiën langer dan acht dagen van hun vast en voortdurend verblijf willen verwijderen, hebben zij daartoe verlof noodig:
voor zoover den president en den procureur-fiscaal betreft, van Onzen Minister van Justitie;
voor zoover den advocaten-fiscaal betreft, van den procureur-fiscaal;
voor zoover de overige leden der rechterlijke macht bij de Bijzondere Gerechtshoven betreft, van den president van het college, waartoe zij behooren.