Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 1408/2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector
Artikel 6 Monitoring
Geldend
Geldend van 25-10-2023 tot 01-01-2028
- Bronpublicatie:
04-10-2023, PbEU 2023, 2023/2391 (uitgifte: 05-10-2023, regelingnummer: 2023/2391)
- Inwerkingtreding
25-10-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-10-2023, PbEU 2023, 2023/2391 (uitgifte: 05-10-2023, regelingnummer: 2023/2391)
- Vakgebied(en)
Mededingingsrecht / Algemeen
Agrarisch recht (V)
1.
Wanneer een lidstaat voornemens is overeenkomstig deze verordening de-minimissteun aan een onderneming te verlenen, stelt hij die onderneming schriftelijk of elektronisch in kennis van het voorgenomen steunbedrag, uitgedrukt als brutosubsidie-equivalent, en van het feit dat het om de-minimissteun gaat, waarbij hij uitdrukkelijk naar deze verordening verwijst en de titel en de vindplaats ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie vermeldt. Wanneer overeenkomstig deze verordening in het kader van een regeling de-minimissteun wordt verleend aan verschillende ondernemingen en in het kader van die regeling aan die ondernemingen uiteenlopende bedragen aan individuele steun worden verleend, kan de betrokken lidstaat ervoor kiezen deze verplichting te vervullen door de ondernemingen een vast bedrag mee te delen dat met het in het kader van die regeling maximaal te verlenen steunbedrag overeenstemt. In dat geval wordt het vaste bedrag gebruikt om te bepalen of het toepasselijke de-minimisplafond wordt bereikt en de relevante nationale en sectorale maxima niet worden overschreden. Voordat de lidstaat de steun verleent, verlangt hij van de betrokken onderneming een schriftelijke of elektronische verklaring over alle andere onder deze verordening of andere de-minimisverordeningen vallende de-minimissteun die deze onderneming gedurende de twee voorgaande belastingjaren en het lopende belastingjaar heeft ontvangen.
2.
Wanneer een lidstaat een centraal register voor de-minimissteun heeft opgezet dat volledige informatie bevat over alle de-minimissteun die door enige autoriteit in die lidstaat is verstrekt, is lid 1 niet meer van toepassing vanaf het tijdstip waarop het register een periode van drie belastingjaren bestrijkt.
Elke lidstaat die overeenkomstig artikel 3, lid 3 bis, steun verleent, beschikt over een centraal register voor de- minimissteun dat volledige informatie bevat over alle de-minimissteun die door enige autoriteit in die lidstaat is verstrekt. Lid 1 is niet langer van toepassing vanaf het tijdstip waarop het register een periode van drie belastingjaren bestrijkt.
3.
Een lidstaat verleent pas nieuwe de-minimissteun overeenkomstig deze verordening nadat hij zich ervan heeft vergewist dat dit het totale bedrag aan de-minimissteun dat aan de betrokken onderneming is verleend, niet zodanig doet toenemen dat de in artikel 3, leden 2, 3 en 3 bis, vastgestelde toepasselijke plafonds en nationale en sectorale maxima worden overschreden, en dat aan alle in deze verordening vastgestelde voorwaarden is voldaan.
4.
De lidstaten leggen dossiers aan die alle informatie bevatten met betrekking tot de toepassing van deze verordening. Deze dossiers bevatten alle informatie die nodig is om te kunnen aantonen dat aan de voorwaarden van deze verordening is voldaan. De dossiers betreffende individuele de-minimissteun worden gedurende tien belastingjaren vanaf het tijdstip van de steunverlening bewaard. Voor de-minimissteunregelingen worden de dossiers bewaard gedurende tien belastingjaren te rekenen vanaf het tijdstip van de laatste individuele steunverlening op grond van die regeling.
5.
De betrokken lidstaat verstrekt de Commissie op haar schriftelijk verzoek binnen twintig werkdagen, of binnen de langere termijn die in het verzoek is vastgesteld, alle informatie die de Commissie nodig acht om te kunnen nagaan of aan de voorwaarden van deze verordening is voldaan, en met name het totale bedrag aan de-minimissteun in de zin van deze verordening of andere de-minimisverordeningen dat een onderneming heeft ontvangen.