Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het Energiehandvest
Artikel 25 Overeenkomsten tot economische integratie
Geldend
Geldend vanaf 21-01-2010
- Bronpublicatie:
24-04-1998, Trb. 2010, 149 (uitgifte: 06-05-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
21-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-04-1998, Trb. 2010, 149 (uitgifte: 06-05-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Straling
Milieurecht / Energie
Energierecht (V)
1.
De bepalingen van dit Verdrag mogen niet zo worden uitgelegd dat daardoor een Verdragsluitende Partij die partij is bij een overeenkomst tot economische integratie (hierna te noemen ‘OEI’) verplicht is een tussen de partijen bij die OEI uit hoofde van hun lidmaatschap daarvan geldende preferentiële behandeling via de toepassing van het meestbegunstigingsbeginsel uit te breiden tot een andere Verdragsluitende Partij die geen partij is bij die OEI.
2.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt verstaan onder ‘OEI’ een overeenkomst die gericht is op een substantiële liberalisering, onder andere van handel en investeringen, door alle discriminatie tussen of onder de partijen daarbij geheel of grotendeels weg te nemen via de afschaffing van bestaande discriminerende maatregelen en/of een verbod op nieuwe of stringentere discriminerende maatregelen, hetzij bij de inwerkingtreding van die overeenkomst of binnen een redelijke termijn.
3.
Dit artikel laat de toepassing van de WTO-Overeenkomst krachtens artikel 29 onverlet.