Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2023/1114 betreffende cryptoactivamarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 1095/2010 en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/1937
Artikel 41 Beoordeling van voorgenomen verwervingen van uitgevers van activagerelateerde tokens
Geldend
Geldend vanaf 29-06-2023
- Bronpublicatie:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Inwerkingtreding
29-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Informatierecht / ICT
1.
Alle natuurlijke of rechtspersonen of alle dergelijke in onderlinge overeenstemming handelende personen (de ‘voorgenomen verwerver’) die voornemens zijn om direct of indirect een gekwalificeerde deelneming in een uitgever van een activagerelateerde token te verwerven dan wel een dergelijke gekwalificeerde deelneming direct of indirect te vergroten, waardoor het percentage van de gehouden stemrechten of van het gehouden kapitaal 20 %, 30 % of 50 % bereikt of overschrijdt of waardoor die uitgever van de activagerelateerde token hun dochteronderneming zou worden, stellen de bevoegde autoriteit van die uitgever daarvan schriftelijk in kennis, met vermelding van de omvang van de beoogde deelneming en de informatie die op grond van de overeenkomstig artikel 42, lid 4, door de Commissie vastgestelde technische reguleringsnormen vereist is.
2.
Iedere natuurlijke of rechtspersoon die heeft besloten zijn gekwalificeerde deelneming in een uitgever van een activagerelateerde token direct of indirect te vervreemden, geeft alvorens die deelneming te vervreemden, de bevoegde autoriteit schriftelijk kennis van zijn besluit en vermeldt de omvang van de deelneming die hij wil vervreemden. Die persoon stelt de bevoegde autoriteit ook in kennis indien hij de beslissing heeft genomen de omvang van een gekwalificeerde deelneming zodanig te verkleinen dat het percentage van de door hem gehouden stemrechten of van het gehouden kapitaal onder 10 %, 20 %, 30 % of 50 % daalt of dat de uitgever van de activagerelateerde token niet langer diens dochteronderneming is.
3.
De bevoegde autoriteit zendt onmiddellijk, en hoe dan ook binnen twee werkdagen na ontvangst van een kennisgeving krachtens lid 1, daarvan een schriftelijke ontvangstbevestiging.
4.
De bevoegde autoriteit beoordeelt de in lid 1 van dit artikel bedoelde voorgenomen verwerving en de op grond van de overeenkomstig artikel 42, lid 4, door de Commissie vastgestelde technische reguleringsnormen vereiste informatie binnen 60 werkdagen vanaf de datum van de in lid 3 van dit artikel bedoelde schriftelijke bevestiging van ontvangst van de kennisgeving. Wanneer de bevoegde autoriteit de ontvangst van de kennisgeving bevestigt, stelt zij de voorgenomen verwerver in kennis van de datum waarop de beoordelingsperiode afloopt.
5.
Wanneer de bevoegde autoriteit de in lid 4 bedoelde beoordeling uitvoert, kan zij van de voorgenomen verwerver alle aanvullende informatie verlangen die noodzakelijk is om die beoordeling af te ronden. Een verzoek in die zin moet worden gedaan voordat de beoordeling is afgerond, en hoe dan ook uiterlijk op de vijftigste werkdag na de datum van de in lid 3 bedoelde schriftelijke bevestiging van ontvangst van de kennisgeving. Dergelijke verzoeken worden schriftelijk gedaan en vermelden welke aanvullende informatie nodig is.
De bevoegde autoriteit schort de in lid 4 bedoelde beoordelingsperiode op totdat zij de in de eerste alinea van dit lid bedoelde aanvullende informatie heeft ontvangen. De opschorting duurt ten hoogste 20 werkdagen. Verdere verzoeken van de bevoegde autoriteit om vervollediging of verduidelijking van de ontvangen informatie hebben geen verdere onderbreking van de beoordelingsperiode tot gevolg.
De bevoegde autoriteit mag de in de tweede alinea van dit lid bedoelde opschorting met maximaal 30 werkdagen verlengen indien de voorgenomen verwerver zich buiten de Unie bevindt of door het recht van een derde land wordt gereguleerd.
6.
Een bevoegde autoriteiten die, na afronding van de in lid 4 bedoelde beoordeling, besluit zich te verzetten tegen de in lid 1 bedoelde voorgenomen verwerving, geeft de voorgenomen verwerver daarvan kennis binnen twee werkdagen, en in elk geval vóór de in lid 4 bedoelde datum, in voorkomend geval verlengd overeenkomstig lid 5, tweede en derde alinea. De kennisgeving geeft de redenen voor een dergelijk besluit.
7.
Indien de bevoegde autoriteit zich niet tegen de in lid 1 bedoelde voorgenomen verwerving verzet vóór de in lid 4 bedoelde datum, in voorkomend geval verlengd overeenkomstig lid 5, tweede en derde alinea, wordt de voorgenomen verwerving geacht te zijn goedgekeurd.
8.
De bevoegde autoriteit mag voor de voltooiing van de in lid 1 bedoelde voorgenomen verwerving een maximumtermijn vaststellen en deze zo nodig verlengen.