Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 376 Definities
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk zijn de volgende definities van toepassing:
- a)
‘Regeling’: de Regeling inzake door de overheid gesteunde exportkredieten, die is ontwikkeld in het kader van de OESO, of een opvolger daarvan, ongeacht of die is ontwikkeld in het kader van de OESO, die is aanvaard door ten minste 12 oorspronkelijke leden van de WTO die op 1 januari 1979 deelnamen aan de Regeling;
- b)
‘commerciële activiteiten’: activiteiten die resulteren in de productie van goederen of de verlening van diensten die op de relevante markt zullen worden verkocht in hoeveelheden en tegen prijzen die door een onderneming op basis van de omstandigheden van vraag en aanbod worden bepaald, en die met een winstoogmerk worden verricht; activiteiten van een onderneming die actief is op non-profitbasis dan wel op basis van het principe van kostendekking zijn geen activiteiten met een winstoogmerk;
- c)
‘commerciële overwegingen’: overwegingen inzake prijs, kwaliteit, beschikbaarheid, verhandelbaarheid, vervoer en andere voorwaarden van aankoop of verkoop, of andere factoren waarmee normaal rekening zou worden gehouden bij de commerciële beslissingen van een particuliere onderneming die in de desbetreffende sector of industrie handelt volgens de beginselen van de markteconomie;
- d)
‘onder de overeenkomst vallende entiteit’:
- i)
een aangewezen monopolie;
- ii)
een onderneming waaraan bijzondere rechten of voorrechten zijn toegekend, of
- iii)
een overheidsonderneming;
- e)
‘aangewezen monopolie’: een entiteit, met inbegrip van een consortium of een overheidsorgaan, die op de relevante markt op het grondgebied van een Partij is aangewezen als enige aanbieder of enige koper van een goed of dienst; een entiteit waaraan exclusieve intellectuele-eigendomsrechten zijn verleend, valt echter niet onder dit begrip om de enkele reden dat haar dergelijke rechten zijn verleend; in dat verband wordt onder ‘aanwijzen’ verstaan een monopolie instellen of toestaan, of de werkingssfeer van een monopolie uitbreiden teneinde een nieuw goed of een nieuwe dienst daaronder te laten vallen;
- f)
‘onderneming’: onderneming als gedefinieerd in artikel 124, punt g);
- g)
‘onderneming waaraan bijzondere rechten of voorrechten zijn toegekend’: een publieke of particuliere onderneming waaraan een Partij in rechte of in feite bijzondere rechten of voorrechten heeft toegekend;
- h)
‘dienst die wordt verleend in het kader van de uitoefening van overheidsgezag’: een dienst die wordt verleend in het kader van de uitoefening van overheidsgezag zoals gedefinieerd in de GATS;
- i)
‘bijzondere rechten of voorrechten’: rechten of voorrechten waarmee een Partij ondernemingen aanwijst die een goed mogen leveren of een dienst mogen verlenen, of het aantal van dergelijke ondernemingen tot twee of meer beperkt, anders dan op objectieve, evenredige en niet-discriminatoire criteria, en daardoor de mogelijkheid van andere ondernemingen om in hetzelfde geografische gebied of op dezelfde productmarkt onder in wezen gelijkwaardige omstandigheden hetzelfde goed te leveren of dezelfde dienst te verlenen, ernstig beperkt;
- j)
‘overheidsonderneming’: een onderneming met betrekking tot welke een Partij:
- i)
rechtstreeks meer dan 50 % van het aandelenkapitaal in handen heeft;
- ii)
rechtstreeks of onrechtstreeks de uitoefening van meer dan 50 % van de stemrechten controleert;
- iii)
bevoegd is om de meerderheid van de leden van de raad van bestuur of een gelijkwaardig bestuursorgaan te benoemen, of
- vi)
bevoegd is om zeggenschap uit te oefenen. Voor de vaststelling van de zeggenschap wordt per geval rekening gehouden met alle relevante juridische en feitelijke elementen.