Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie:artikel 23

Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2447 nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Verordening (EU) nr. 952/2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie

Artikel 23 Acties om de juiste en uniforme tariefindeling, oorsprongsbepaling of vaststelling van de douanewaarde te garanderen

Geldend

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.

(Artikel 34, lid 10, en artikel 35 van het wetboek)

1.

De Commissie stelt de douaneautoriteiten onverwijld in kennis van de schorsing ten aanzien van het afgeven van BTI- en BOI-beschikkingen overeenkomstig artikel 34, lid 10, punt a), van het wetboek en van BWI-beschikkingen overeenkomstig artikel 20 bis, lid 7, punt a), van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 indien:

a)

de Commissie heeft vastgesteld dat er onjuiste of niet-uniforme beschikkingen zijn afgegeven;

b)

de douaneautoriteiten gevallen aan de Commissie hebben voorgelegd waarin het niet lukte om binnen de maximumtermijn van 90 dagen hun meningsverschillen over de juiste en uniforme tariefindeling, oorsprongsbepaling of vaststelling van de douanewaarde op te lossen.

Vanaf de datum waarop de Commissie de douaneautoriteiten in kennis heeft gesteld van de schorsing tot het ogenblik waarop de juiste en uniforme tariefindeling, oorsprongsbepaling of vaststelling van de douanewaarde is gegarandeerd, geven de douaneautoriteiten geen beschikkingen betreffende bindende inlichtingen af voor goederen die punt a) of punt b) vallen.

2.

De Commissie organiseert, zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 120 dagen na de in lid 1 bedoelde kennisgeving van de Commissie, een raadpleging op het niveau van de Unie over de juiste en uniforme tariefindeling, oorsprongsbepaling of vaststelling van de douanewaarde.

3.

Zodra een schorsing is ingetrokken, stelt de Commissie de douaneautoriteiten daarvan in kennis.

4.

Voor de toepassing van de leden 1, 2 en 3 worden de BOI-beschikkingen als niet-uniform beschouwd wanneer zij een verschillende oorsprong toekennen aan goederen die:

a)

onder dezelfde tariefpost vallen en waarvan de oorsprong volgens dezelfde oorsprongsregels is vastgesteld, en

b)

onder identieke voorwaarden zijn verkregen volgens hetzelfde fabricageprocedé en equivalente materialen, met name aangaande de vraag of zij al dan niet van oorsprong zijn.

5.

Voor de toepassing van de leden 1, 2 en 3 worden BWI-beschikkingen als niet-uniform beschouwd wanneer zij in identieke of soortgelijke omstandigheden verschillende methoden voor de bepaling van de douanewaarde of verschillende criteria voor de vaststelling van de douanewaarde gebruiken.

Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.