Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
3.1 Voorwaarden voor verlening van een verblijfsdocument voor duurzaam verblijf
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2021
- Bronpublicatie:
27-09-2021, Stcrt. 2021, 42134 (uitgifte: 30-09-2021, regelingnummer: WBV 2021/19)
- Inwerkingtreding
01-10-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-09-2021, Stcrt. 2021, 42134 (uitgifte: 30-09-2021, regelingnummer: WBV 2021/19)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
VK-onderdaan en familieleden
De IND verleent een verblijfsdocument voor duurzaam verblijf op grond van artikel 18 en 19 van het terugtrekkingsakkoord aan de VK-onderdaan en zijn familielid:
- a.
die voldoen aan de criteria van artikel 15, eerste lid van het terugtrekkingsakkoord; en
- b.
die op grond van artikel 18, eerste lid onder i van het terugtrekkingsakkoord beschikken over een geldig document voor grensoverschrijding.
Ad a en b.
De IND verstrekt een verblijfsdocument indien de VK-onderdaan en zijn familielid voor duurzaam verblijfsrecht op grond van artikel 15 van het terugtrekkingsakkoord in aanmerking komen en derhalve voldoen aan de artikelen 16, 17 en 18 van de richtlijn 2004/38/EG, nader uitgewerkt in de artikelen 8.17 t/m 8.25 Vb en de beleidsregels als bedoeld in het deel van paragraaf B10/2 Vc dat ziet op de artikelen 8.17 t/m 8.25 Vb.
Op grond van de vrije bewijsleer kunnen de VK-onderdaan en zijn familielid dit met alle bewijsmiddelen aantonen.
De IND toetst ambtshalve aan de voorwaarden als vermeld in paragraaf B13/2.1 Vc als de VK onderdaan en zijn familielid geen verblijfsvergunning hebben als bedoeld in paragraaf B13/2.1 Vc en zij niet voldoen aan de voorwaarden van artikel 15, eerste lid van het terugtrekkingsakkoord.