Einde inhoudsopgave
Protocol bij het Verdrag van 1979 betreffende grensoverschrijdende luchtverontreiniging over lange afstand inzake vermindering van verzuring, eutrofiëring en ozon op leefniveau
Artikel 13 Aanpassingen
Geldend
Geldend vanaf 07-10-2019
- Redactionele toelichting
Lid 2 wordt vanaf 04-05-2012 voorlopig toegepast door het Koninkrijk der Nederlanden (het Europese deel van Nederland). Deze wijziging is nog niet voor alle partijen in werking getreden. Zie voor de partijgegevens de wijziging van 04-05-2012, Trb. 2013, 197.
- Bronpublicatie:
04-05-2012, Trb. 2013, 197 (uitgifte: 10-10-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
07-10-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-07-2019, Trb. 2019, 122 (uitgifte: 29-07-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Elke Partij bij het Verdrag kan een aanpassing van bijlage II bij het onderhavige Protocol voorstellen om daaraan haar naam toe te voegen, tezamen met de emissieniveaus, de emissieplafonds en de percentuele emissiereducties.
2.
Elke Partij kan een aanpassing voorstellen van haar reeds in bijlage II vermelde emissiereductieverplichtingen. Een dergelijk voorstel dient ondersteunende documentatie te bevatten en wordt getoetst zoals omschreven in een besluit van het Uitvoerend Orgaan. Deze toetsing vindt plaats voordat het voorstel door de Partijen wordt besproken in overeenstemming met het vierde lid.
3.
Elke Partij die daar ingevolge artikel 3, negende lid, voor in aanmerking komt, mag een aanpassing van bijlage III voorstellen om daaraan een of meer PEMA's toe te voegen of een in die bijlage genoemd PEMA onder haar rechtsmacht te wijzigen.
4.
Voorgestelde aanpassingen worden schriftelijk ingediend bij de uitvoerend secretaris van de Commissie, die ze aan alle Partijen bekendmaakt. De Partijen bespreken de voorgestelde aanpassingen op de eerstvolgende zitting van het Uitvoerend Orgaan, mits deze voorstellen ten minste negentig dagen van tevoren door de uitvoerend secretaris aan de Partijen toegezonden zijn.
5.
Aanpassingen worden bij consensus aangenomen door de Partijen die aanwezig zijn bij een zitting van het Uitvoerend Orgaan en worden voor alle Partijen bij het onderhavige Protocol van kracht op de negentigste dag na de datum waarop de uitvoerend secretaris van de Commissie deze Partijen schriftelijk in kennis stelt van het aannemen van de aanpassing.