Einde inhoudsopgave
Verordening (EEG) Nr. 3440/84 inzake voorzieningen aan sleepnetten, Deense zegennetten (snurrevod) en soortgelijke netten
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 19-02-2007
- Bronpublicatie:
15-02-2007, PbEU 2007, L 46 (uitgifte: 01-01-2007, regelingnummer: 146/2007)
- Inwerkingtreding
19-02-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-02-2007, PbEU 2007, L 46 (uitgifte: 01-01-2007, regelingnummer: 146/2007)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Verordening van de Commissie van 6 december 1984 inzake voorzieningen aan sleepnetten, Deense zegennetten (snurrevod) en soortgelijke netten
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 171/83 van de Raad van 25 januari 1983 houdende bepaalde technische maatregelen voor het behoud van de visbestanden (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr, 2664/84 (2), en met name op artikel 21,
Overwegende dat in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 171/83 is bepaald dat voorzieningen waardoor de mazen in een deel van een visnet kunnen worden versperd of waardoor de maaswijdte kan worden verkleind, niet mogen worden gebruikt;
Overwegende dat, gezien artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 171/83, deze bepalingen alleen gelden voor sleepnetten, Deense zegennetten (snurrevod) en soortgelijke netten;
Overwegende dat krachtens artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 171/83 het bevestigen van nader te bepalen voorzieningen aan netten mag worden toegestaan;
Overwegende dat bepaalde onderdelen van een sleepnet moeten worden omschreven;
Overwegende dat het niet nodig is een verbod in te stellen op het bevestigen van voorzieningen aan sleepnetten wanneer wordt gevist op bepaalde soorten waarvoor geen minimummaaswijdte is vastgesteld in Verordening (EEG) nr. 171/83;
Overwegende dat kan worden toegestaan dat bepaalde voorzieningen worden aangebracht om slijtage en beschadiging aan sleepnetten, Deense zegennetten (snurrevod) en soortgelijke netten tegen te gaan, om deze netten te verstevigen, om de ontsnappingsmogelijkheid naar de voorkant van deze netten te beperken, of om de doelmatigheid en veiligheid bij het gebruik van deze netten te vergroten;
Overwegende dat een sleeplap onderzijde ervoor zorgt dat de onderkant van het sleepnet wordt beschermd tegen slijtage en beschadiging;
Overwegende dat een sleeplap bovenzijde ervoor zorgt dat de bovenkant en de zijkanten van de kuil tegen slijtage en beschadiging worden beschermd wanneer het achternet bij het vissen om zijn as draait;
Overwegende dat een overkuil de kuil verstevigt en ervoor zorgt dat de kuil niet barst wanneer hij vol is en wanneer het sleepnet wordt binnengehaald;
Overwegende dat een beschermband ervoor zorgt dat de verdeelstrop het netwerk van de kuil niet doorsnijdt;
Overwegende dat een pooklijn wordt gebruikt om de kuil af te sluiten;
Overwegende dat het achterste deel van de kuil gedeeltelijk tot binnen de kuil mag worden gevouwen om de kuil beter te kunnen afsluiten;
Overwegende dat een verdeelstrop wordt gebruikt om het achterste deel van de kuil af te snoeren zodat de inhoud van de kuil gemakkelijker aan boord kan worden gebracht;
Overwegende dat een verstevigingsstrop wordt gebruikt om uitrekking van de kuil in dwarsrichting te voorkomen;
Overwegende dat een flap (of keel) ervoor zorgt dat de vis wordt doorgelaten van het voorste gedeelte naar het achterste gedeelte van het sleepnet, maar de mogelijkheid om weer naar voren te zwemmen beperkt;
Overwegende dat een zeeflap wordt gebruikt om vis, garnaal of andere soorten selectief te vangen;
Overwegende dat verstevigingslijnen worden gebruikt om het sleepnet te versterken of om stenen of ander afval buiten de kuil te houden;
Overwegende dat een ‘dotje’ wordt gebruikt om de kuil beter met de pooklijn af te sluiten;
Overwegende dat een tweelingkuil moet voorkomen dat de hele vangst verloren gaat wanneer er wordt gevist op een ruwe bodem;
Overwegende dat daarom een aantal uitvoeringsbepalingen met betrekking tot deze voorzieningen, en met name de technische beschrijving en de voorschriften voor het gebruik ervan moeten worden vastgesteld;
Overwegende dat voor specifieke gevallen zo nodig afwijkingen van deze verordening kunnen worden vastgesteld;
Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor de visbestanden,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: