Einde inhoudsopgave
Schepelingenbesluit
Artikel 72 Verlichting
Geldend
Geldend vanaf 20-08-2013
- Bronpublicatie:
05-07-2012, Stb. 2012, 357 (uitgifte: 27-07-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-08-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-07-2013, Stb. 2013, 287 (uitgifte: 12-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
Overdag moet een verblijf licht ontvangen door schijnlichten of doelmatige lichtglazen van voldoende grootte, patrijspoorten of ramen, zodanig dat het aan een persoon met normale gezichtsscherpte mogelijk is bij helder weer gewoon drukwerk te lezen op de daarvoor in aanmerking komende plaatsen van het verblijf. Indien naar het oordeel van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu door de ligging van het verblijf een voldoende natuurlijke verlichting niet mogelijk is, kan met de kunstmatige verlichting als bedoeld in het tweede en derde lid van dit artikel worden volstaan.
2.
Alle verblijven moeten elektrisch kunnen worden verlicht. Wanneer geen twee onafhankelijke elektriciteitsbronnen voor de verlichting aanwezig zijn, moet tevens een elektrische noodverlichting zijn aangebracht.
3.
De elektrische verlichting moet zodanig zijn aangebracht en van zodanige sterkte zijn, dat de gebruikers van het verblijf er een optimaal profijt van hebben.
4.
Boven de normale verlichting van het nachtverblijf moet aan het hoofdeinde van elke slaapplaats een doelmatige elektrische leeslamp zijn aangebracht. Tevens dient in dit verblijf gedurende de gehele nacht een blauwe lamp te branden.