Einde inhoudsopgave
Besluit bedrijfsvergunning en enkele vrijstellingen veiligheidscertificaat hoofdspoorwegen
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 24-05-2016. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-05-2016
- Bronpublicatie:
04-05-2016, Stb. 2016, 184 (uitgifte: 23-05-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-05-2016, terugwerkend tot: 01-05-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-05-2016, Stb. 2016, 184 (uitgifte: 23-05-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Railvervoer
Een spoorwegonderneming bezit een goede naam als bedoeld in artikel 28, eerste lid, van de wet, indien:
- a.
jegens haar in de voorafgaande vijf jaar geen onherroepelijk faillissement is uitgesproken,
- b.
zij in de voorafgaande vijf jaar, al dan niet met toepassing van artikel 51 van het Wetboek van Strafrecht, niet onherroepelijk is veroordeeld wegens het herhaaldelijk of ernstig overtreden van:
- 1°
het bepaalde bij of krachtens artikel 4:3, 5:15, vijfde en zesde lid, of 8:3 van de Arbeidstijdenwet,
- 2°
artikel 32 van de Arbeidsomstandighedenwet,
- 3°
de artikelen 1:11, 1:23, 1:27, eerste lid, 1:32, tweede lid, 10:1, eerste en tweede lid, 10:2, 10:3, 10:4, 10:5, eerste, tweede en derde lid, of 10:9 van de Algemene douanewet,
- 4°
de artikelen 15, eerste lid, en 189, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PbEU 2013, L 269), en
- c.
tegen haar in de voorafgaande vijf jaar geen onherroepelijk vonnis is gewezen wegens het herhaaldelijk of ernstig niet nakomen van verplichtingen die voortvloeien uit door haar gesloten arbeidsovereenkomsten of overeenkomsten van opdracht tot het verrichten van arbeid.