Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/241 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit
Artikel 22 Bescherming van de financiële belangen van de Unie
Geldend
Geldend vanaf 19-02-2021
- Bronpublicatie:
12-02-2021, PbEU 2021, L 57 (uitgifte: 18-02-2021, regelingnummer: 2021/241)
- Inwerkingtreding
19-02-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-02-2021, PbEU 2021, L 57 (uitgifte: 18-02-2021, regelingnummer: 2021/241)
- Vakgebied(en)
Corona (V)
EU-recht / Financiering
1.
Bij de uitvoering van de faciliteit nemen de lidstaten, als begunstigden of leningnemers van middelen in het kader van de faciliteit, alle passende maatregelen die nodig zijn om de financiële belangen van de Unie te beschermen en ervoor te zorgen dat het gebruik van middelen in verband met door de faciliteit ondersteunde maatregelen voldoet aan het toepasselijke Unie- en nationale recht, met name wat betreft het voorkomen, opsporen en rechtzetten van fraude, corruptie en belangenconflicten. Daartoe zorgen de lidstaten voor een doeltreffend en efficiënt internecontrolesysteem en voor de terugvordering van ten onrechte betaalde of onjuist bestede bedragen. De lidstaten kunnen een beroep doen op hun gewone nationale begrotingsbeheersystemen.
2.
De in artikel 15, lid 2, en in artikel 23, lid 1, genoemde overeenkomsten voorzien in de verplichtingen van de lidstaten:
- a)
om regelmatig na te gaan dat de verstrekte middelen naar behoren zijn gebruikt volgens alle toepasselijke regels en dat maatregelen voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan naar behoren zijn uitgevoerd in overeenstemming met alle toepasselijke regels met name wat betreft het voorkomen, opsporen en rechtzetten van fraude, corruptie en belangenconflicten;
- b)
om passende maatregelen te nemen om fraude, corruptie en belangenconflicten in de zin van artikel 61, leden 2 en 3, van het Financieel Reglement die de financiële belangen van de Unie schaden te voorkomen, op te sporen en te corrigeren, en juridische stappen te ondernemen om middelen waaraan geen wettige bestemming is gegeven terug te vorderen, onder meer in verband met maatregelen voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan;
- c)
om een verzoek tot betaling vergezeld laten gaan van:
- i)
een beheersverklaring die bevestigt dat de middelen zijn ingezet voor hun beoogde doel, dat de samen met de betalingsaanvraag ingediende informatie volledig, nauwkeurig en betrouwbaar is en dat de ingevoerde controlesystemen de nodige garanties bieden dat de middelen zijn beheerd volgens alle toepasselijke regels, in het bijzonder inzake het voorkomen van belangenconflicten, fraude, corruptie, en dubbele financiering in het kader van de faciliteit en andere Unieprogramma's overeenkomstig het beginsel van goed financieel beheer, en
- ii)
een samenvatting van de uitgevoerde audits, met inbegrip van vastgestelde zwakke punten en eventuele genomen corrigerende maatregelen;
- d)
ten behoeve van de audit en controle en om te voorzien in vergelijkbare informatie over het gebruik van de middelen voor maatregelen om hervormingen door te voeren en investeringsprojecten uit te voeren in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, om de volgende gestandaardiseerde categorieën gegevens te verzamelen en de toegang daartoe te waarborgen:
- i)
de naam van de eindontvanger van de middelen;
- ii)
de naam van de contractant en de subcontractant, indien de eindontvanger van de middelen een aanbestedende dienst is overeenkomstig het Unie- of nationale overheidsopdrachtenrecht;
- iii)
de voorna(a)m(en), achterna(a)m(en) en geboortedatum/-data van de eindbegunstigde(n) van de ontvanger van middelen of de contractant, in de zin van artikel 3, lid 6, van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad (1);
- iv)
een lijst van maatregelen voor de uitvoering van hervormingen en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, met het totale bedrag aan overheidsfinanciering van die maatregelen, door opgave van het bedrag van in het kader van de faciliteit en andere fondsen van de Unie betaalde middelen;
- e)
om de Commissie, OLAF, de Rekenkamer en, in voorkomend geval, het EOM uitdrukkelijk toestemming te verlenen voor de uitoefening van hun rechten als bedoeld in artikel 129, lid 1, van het Financieel Reglement, en vergelijkbare verplichtingen op te leggen aan alle eindontvangers van middelen die betaald zijn om hervormingen door te voeren en investeringsprojecten uit te voeren in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, of aan alle overige personen of entiteiten die betrokken zijn bij de uitvoering ervan;
- f)
om een boekhouding bij te houden overeenkomstig artikel 132 van het Financieel Reglement.
3.
Persoonsgegevens als bedoeld in lid 2, punt d), van dit artikel worden uitsluitend door de lidstaten en de Commissie verwerkt ten behoeve van en voor de bijbehorende duur van audit- en controleprocedures in het kader van de kwijting met betrekking tot het gebruik van middelen in verband met de uitvoering van de in artikel 15, lid 2, en in artikel 23, lid 1, bedoelde overeenkomsten. De faciliteit is in het kader van de kwijtingsprocedure voor de Commissie, overeenkomstig artikel 319 VWEU, onderworpen aan verslaglegging in het kader van de in artikel 247 van het Financieel Reglement genoemde geïntegreerde financiële en verantwoordingsverslagen, en met name afzonderlijk, in het jaarlijks beheers- en prestatieverslag.
4.
De Commissie stelt aan de lidstaten een geïntegreerd en interoperabel informatie- en monitoringsysteem beschikbaar, met inbegrip van één instrument voor datamining en risicoscores, om toegang te krijgen tot de relevante gegevens en deze te analyseren met het oog op een algemene toepassing van dat systeem door de lidstaten, waaronder met behulp van het instrument voor technische ondersteuning.
5.
De in artikel 15, lid 2, en artikel 23, lid 1, bedoelde overeenkomsten voorzien tevens in het recht van de Commissie om bij niet door de lidstaat gecorrigeerde fraude, corruptie en belangenconflicten die de financiële belangen van de Unie schaden of bij ernstige schending van de uit die overeenkomsten voortvloeiende verplichtingen de steun in het kader van de faciliteit verhoudingsgewijs te verminderen en aan de Uniebegroting verschuldigde bedragen terug te vorderen of te verzoeken om vervroegde terugbetaling van de lening.
Bij het nemen van een besluit over het bedrag van de terugvordering en de vermindering, of het vervroegd terug te betalen bedrag neemt de Commissie het evenredigheidsbeginsel in acht en houdt zij rekening met de ernst van de fraude, corruptie en belangenconflicten die de financiële belangen van de Unie schaden of van een schending van een verplichting. De lidstaat krijgt de gelegenheid opmerkingen te maken voordat tot de vermindering wordt besloten of om vroegtijdige terugbetaling wordt verzocht.
Voetnoten
Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van Richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijn 2006/70/EG van de Commissie (PB L 141 van 5.6.2015, blz. 73).